Direct naar artikelinhoud
ColumnAnja Meulenbelt

Hoofddoek gaat prima samen met feminisme

Paspoppen met een designer hoofddoek in een winkeletalage.Beeld anp

Het was te voorspellen, in het kielzog van het SCP-rapport dat voortborduurt op het bestuderen van die vreemde mensensoort die zich moslims noemt (we weten nu dat je moslims hebt in wel vijf smaken, dat is winst vergeleken bij de tijd dat we deden alsof alle moslims één pot nat waren), denkt Daniela Hooghiemstra (O&D, 11 juni) dat de hoofddoek feministes confronteert met een dilemma.

O ja? ‘Moeten zij (die feministes) vijftig jaar nadat ze topless de stranden bestormden, het normaal vinden dat vrouwen in Nederland publiekelijk hun haar niet mogen of willen tonen?’ Nou heb ik nog nooit gehoord van vrouwen die in naam van het feminisme streden voor meer bloot op het strand, maar die fantasie voedt wederom het stereotype denken: bloot is vrij en dus goed, bedekt is niet vrij en dus niet goed. Niet ‘normaal’, dus. Hoewel we tegenwoordig nauwelijks meer een blote damestepel kunnen ontwaren op het strand.

Hooghiemstra bedenkt weer eens een nieuwe verklaring waarom er moderne moslima’s met hoofddoekjes zijn; dat komt omdat ‘bij ons’ het huwelijk is veranderd van een familieafspraak in een individuele keuze. Terwijl bij die mensen aan de andere kant van de Middellandse Zee het huwelijk nog steeds een familieaangelegenheid is. En de norm dat ze zich aan moeten passen aan de codes van het collectieve familiesysteem hebben migranten met zich meegenomen. Hoewel veel moslima’s zich intussen ‘ontwikkeld’ hebben in de Nederlandse individualistische maatschappij, hebben velen van hen nog steeds de behoefte een hoofddoek te dragen. Daarmee blijft het onderscheid met vrouwen die in de Nederlandse individualistische traditie geworteld zijn in stand, en staan de vrome moslima’s die zich ‘onderwerpen aan hun religieuze gebruiken’ tegenover de seculiere vrouwen.

En de uitsmijter: als moderne moslima’s ervoor kiezen een hoofddoek te dragen, is de vraag niet alleen of ze dat in vrijheid doen, maar welke samenlevingsvorm ze daarmee kiezen. Als daarover niet gepraat kan worden, ontaardt diversiteit in isolement en tolerantie in onverschilligheid, stelt Hooghiemstra.

We begrijpen, moslima’s hebben niet dezelfde samenlevingsvorm voor ogen: een samenleving waarin zij net zo vrij zijn hun eigen individuele keuzes te maken als de ‘seculieren’. Weer een nieuwe norm waar moslims zich over moeten verantwoorden, hun keuze mag niet in strijd zijn met het super individualistische seculiere met-blote-borsten-op-het-strandfeminisme dat Hooghiemstra als normaal ziet.

Zo máák je dus een kloof. Je stelt een norm verplicht. Over je eigen norm hoef je het niet te hebben. Want wij zijn ‘vrij’ en ‘verder’. En passen zij zich daar niet aan aan, omdat ze echt dachten dat die vrije keuze ook voor hen gold, en dat feminisme nou juist niet is dat je opgelegd krijgt hoe je je ‘normaal’ moet kleden, dan zijn zij het die hun eigen isolement veroorzaken. Klinkt dat niet erg als een nieuwe variant op een bekende manier om gehele bevolkingsgroepen als afwijkend weg te zetten?

Anja Meulenbelt is schrijfster, werkzaam bij politieke partij BIJ1.