Volgens de rechter had de Belastingdienst die gegevens niet mogen delen, laat de Woonbond donderdag weten. De huurder werd bij de zaak gesteund door het juridisch fonds van de belangenorganisatie.
De bond noemt de inkomensafhankelijke huurverhoging ook wel 'gluurverhoging', omdat met het delen van de inkomensgegevens de privacy van huurders aangetast zou worden.
Ook zouden volgens de Woonbond vooral huishoudens met een bescheiden middeninkomen door de huuraanpassingen geraakt worden.
Zij worden volgens de belangenbehartiger onterecht gestimuleerd om door te stromen naar duurdere woningen, "terwijl zij vaak geen huurprijzen boven de sociale huurgrens kunnen betalen en gewoon in de sociale sector thuis horen".
De Woonbond spande in 2016 al een collectieve rechtszaak aan tegen de Belastingdienst en verhuurders vanwege het onrechtmatig verstrekken van inkomensgegevens. De rechter oordeelde in die zaak dat de Woonbond niet ontvankelijk was.
Scheefwonen
In 2013 werd de inkomensafhankelijke huurverhoging ingevoerd om het zogenoemde scheefwonen tegen te gaan. Daarbij woont een huurder nog altijd in een goedkope woning, terwijl het inkomen hoog genoeg is om door te stromen naar duurdere huisvesting.
Om het inkomen vast te stellen, konden verhuurders inkomensverklaringen van de Belastingdienst inzien. Begin 2016 oordeelde de Raad van State echter dat de verstrekking van die gegevens aan verhuurders onrechtmatig was. Het was strijdig met de privacywetgeving.
Na de uitspraak van de Raad van State werd de wet aangepast, zodat de fiscus toch inkomensverklaringen af kan geven aan woningcorporaties.