Op Cyclingweekly staat een opmerkelijk verhaal uit de Giro d’Italia 2018. Tijdens de achtste Giro-etappe maakte Adam Hansen samen met ploegmaat Tim Wellens jacht op de kopgroep, maar dat was tegen het zere been van Mitchelton-Scott. De Australische ploeg ging in de achtervolging, maar daar verzonnen Hansen en Wellens wat leuks op.

Verstoppertje spelen

Tosh Van der Sande zat namens Lotto-FixAll al mee in de kopgroep en Mitchelton-Scott wilde voorkomen dat Wellens en Hansen het totaal Lotto-renners op drie zouden zetten. Wellens en Hansen kregen Manuel Senni (BMC) mee, maar plots hoorde de BMC-ploegleider dat Senni alleen in de achtervolging reed. “De koersradio meldde plots niets meer over het drietal, maar alleen iets over Senni. Ik dacht dat het peloton Hansen en Wellens had ingerekend.”

De voorsprong van de drie liep niet verder op, waardoor Hansen en Wellens het nutteloze van hun vluchtpoging in zagen. “We dachten: laten we verstoppertje spelen”, vertelt Hansen. We maakten een scherpe bocht naar links en gingen om het hoekje staan. Wanneer het peloton was gepasseerd, stapten we op de fiets en reden we weer in het peloton. Iedereen moest enorm lachen.”

Verbazing

“Ik zei tegen Tim: laten we naar voren rijden en kijken naar die gezichten als ze ons plots zien”, gaat Hansen verder. De mannen van Mitchelton-Scott waren nog altijd hard op kop aan het sleuren, tot ze Wellens en Hansen zagen. “Ze keken naast zich, voor zich uit en weer naast zich. Ze vroegen: ‘waar komen jullie nou weer vandaan?'”

Bijna iedereen kon er om lachen. Bijna, want de mannen van Mitchelton-Scott moesten een flinke inspanning leveren. “Ik deed dat soms in lokale, kleine wielerrondes, maar nooit op dit niveau. Deze mannen moeten wel enorm in vorm zijn dat ze op WorldTour-niveau dit soort geintjes kunnen uithalen. Petje af”, lacht de Canadees Svein Tuft, die in dienst van zijn kopman Simon Yates jacht maakte op de vluchters. “In eerste instantie moest ik niet lachen, maar afzien. Ach, ja. Humor hoort bij wielrennen.”