Direct naar artikelinhoud

De terreurdreiging is onverminderd hoog, maar Nederlanders slapen er niet minder om

De gemeente Amsterdam plaatste betonblokken op de Dam tegen een eventuele terroristische aanslag met een auto.Beeld ANP

Terreurdreiging lijkt inmiddels gewoon bij het leven te horen; Nederlanders zijn er niet zo mee bezig.

Wat is het dreigingsniveau voor terrorisme in Nederland? Ruim de helft van de Nederlanders zou het niet kunnen zeggen en hooguit een op de zeven weet te melden dat ons land op niveau vier zit, het op een na zwaarste. Een aanslag mag dan reëel zijn, het is voor Nederlanders geen reden zich te verdiepen in rampenplannen. 

Sterker nog: vijf jaar geleden zei een op de drie dat te doen, vorig jaar nog maar een op de zeven. Dat becijferde de Universiteit Leiden in opdracht van WODC, het onderzoekscentrum van Justitie.

De Nederlander maakt zich drukker over een aanslag in zijn eigen stad dan op hemzelf

Gewenning

"Er lijkt gewenning op te treden nu het dreigingsniveau al langer zo hoog staat", zegt criminoloog Marieke Liem, een van de onderzoekers. Voor de studie werd een grote groep burgers ondervraagd en gekeken naar zoektermen op internet zoals 'reisadvies Londen' kort na de aanslagen in Engeland. Die termen pieken in het algemeen snel en kort. "Het enige wat mensen zeggen anders te doen, is vaker drukke plekken vermijden", meldt Liem.

De Nederlander maakt zich drukker over een aanslag in zijn eigen stad dan op hemzelf, heeft het idee dat de overheid genoeg doet tegen dreigende aanslagen, terwijl de helft van de burgers ervan overtuigd is dat zo'n gebeurtenis niet is te voorkomen. Die opvattingen wijzen op realisme en redelijk stabiel vertrouwen in de overheid, concludeert Liem. "In andere landen is dat vertrouwen in de staat vaak lager." 

Toch is ook in landen waar een aanslag heeft plaatsgevonden de reactie vaak nuchter. Liem: "Men gaat door met het eigen leven en zoekt op internet liever op 'Pokemon' en 'Beyoncé' dan op 'aanslag'."

Die nuchtere Nederlandse houding zou zomaar kunnen omslaan als ook Nederland naar het hoogste dreigingsniveau gaat, zegt Liem. Tot die tijd is het vooral oppassen met de voorlichting. "Wie vals alarm slaat, wordt al snel niet meer geloofd. Een concreet plan voor wat te doen bij een aanslag zou je eerder aan Amsterdammers aanbieden dan aan inwoners van Hoogezand-Sappemeer. Maar je kunt wel adviezen geven die voor iedereen nuttig zijn, zoals opletten wie mogelijk radicaliseert."

Die adviezen zouden vaker via sociale media gegeven kunnen worden, zegt Liem. "De oudere generaties krijgen die informatie via televisie en krant, maar jongeren zijn vooral aangewezen op Facebook of WhatsApp."

Het weer en YouTube blijven urgenter

De website crisis.nl geeft advies wat te doen als er een ramp of aanslag in Nederland plaatsvindt. Van de tien Nederlanders kennen gemiddeld zeven de site niet, twee vaag en eentje wel. Nederlanders denken dat het dreigingsniveau 'beperkt' is, dat is positie twee op de schaal van vijf. De meter staat op vier. Mannen schatten het dreigingsniveau gemiddeld zwaarder in dan vrouwen en ook hoger opgeleiden zitten er dichter bij dan laag opgeleiden.

Bij de aanslagen in Parijs in januari 2015 haalde 'Parijs' nimmer de top-5 van meestgezochte termen op Google in Nederland. Daags na de aanslagen in november wel. Ook bij de aanslagen in Nice en Brussel stonden de plaatsnamen kort tussen zoektermen als 'Marktplaats' en 'Facebook'. Vorig jaar haalde Londen na de aanslagen niet de top-5, Nederlanders vonden 'het weer' en 'YouTube' urgenter. Bij geen van de onderzochte aanslagen stond de getroffen stad na een week nog in de top van de zoekranglijst.

Lees ook: Waarom de media terrorisme in de kaart spelen

De nieuwsmedia zitten in een spagaat: ze kunnen aanslagen moeilijk negeren, maar spelen zo organisaties als IS in de kaart.

Met zoveel terroristen tekent zich langzaam een patroon af

Wie zijn de terroristen die aanslagen pleegden in een groeiend aantal Europese steden? Het Europese jihadistenbestand is inmiddels zo groot, dat een aantal patronen zich begint af te tekenen.