Direct naar artikelinhoud
Recensie

De Spaanse griep eiste meer levens dan twee wereldoorlogen

Laura SpinneyBeeld RV

Wetenschapsjournalist Laura Spinney gunt een weggemoffelde epidemie het volle licht.

De Spaanse griep kwam niet uit Spanje. Dat de pandemie die in 1918 dood en verderf zaaide toch die naam kreeg, had alles te maken met de oorlogsomstandigheden. De direct bij de strijd betrokken landen, waar dezelfde griep al eerder huishield, kenden censuur. Het moreel diende hoog te blijven. In het neutrale Spanje bestond geen censuur en had zelfs de inspecteur-generaal van de volksgezondheid geen weet van de ziektegevallen over de grens.

Er deden in 1918 ondertussen meer namen de ronde: in Senegal woedde de Braziliaanse griep, in Brazilië de Duitse griep, in Polen de bolsjewistische ziekte en in Japan de sumogriep, omdat de eerste gevallen opdoken tijdens een worsteltoernooi. De naam die de machtigste naties van dat moment gebruikten won het pleit. Dus werd het: de Spaanse griep.

Sluipmoordenaar die je onverwacht besprong; in een paar dagen kon het gedaan zijn

Bijkomstigheid

De Britse wetenschapsjournalist Laura Spinney vraagt zich in haar boek ‘De Spaanse griep. Hoe een pandemie de wereld veranderde’ ook af waarom de meest dramatische gebeurtenis van de twintigste eeuw in de grote geschiedenisboeken meestal als een soort bijkomstigheid aan het einde van de Eerste Wereldoorlog wordt beschreven. In de verdere historiografie is het niet anders: in ’s wereld grootste bibliotheekcatalogus staan zo’n tachtigduizend titels over het conflict van 1914-1918 tegenover zo’n vierhonderd over de Spaanse griep. Terwijl een half miljard mensen, een derde van de wereldbevolking, besmet raakten en tussen de vijftig en honderd miljoen aardbewoners aan de gevolgen overleden (dat zijn er mogelijk meer dan in de twee wereldoorlogen samen).

Misschien is die geringe aandacht te wijten aan het gebrek aan verhaal. De meeste dodelijke slachtoffers van de Spaanse griep vielen tussen half september en half december 1918, in dertien weken tijd. De plaatselijke omstandigheden wisselden, maar het script was verder vrijwel onveranderlijk. De sluipmoordenaar besprong de patiënt onverwacht. In een paar dagen tijd kon het met je gedaan zijn.

Dat vertelt minder makkelijk dan het verhaal van een oorlog, die zich vier jaar voortsleept en die volop hoofd- en zijlijnen kent. Tijdens en na de strijd worden bovendien de misdaden van de vijand en het heldendom van landgenoten uitvergroot. Oorlogsgeschiedenis nestelt zich op die manier een stuk makkelijker in het collectieve geheugen.

Lees verder na onderstaande afbeelding.

Patiënt met de Spaanse griep in een marinehospitaal in New OrleansBeeld Getty Images

Flinke knauw

Wellicht speelde terughoudendheid in de academische wereld ook een rol. De Spaanse griep gaf het vertrouwen in de wetenschap een flinke knauw. Voor de pandemie leek het er even op dat het tijdperk van de crowd diseases ten einde was gekomen. Water werd gezuiverd, hygiëne was steeds meer een algemeen aandachtspunt en voor sommige ziektes (niet de griep) bestonden al vaccinatieprogramma’s.

Maar op de Spaanse griep hadden geleerden nauwelijks een antwoord. De vernietigende ziekte maakte vooral duidelijk hoeveel ze niet wisten. Virussen waren nog een mysterie. Antibiotica bestonden nog niet. Centrale regie en overzicht ontbraken. Ook mensen met kennis overzagen vaak slechts een beperkt deel van de ramp die zich aan het voltrekken was.

Kwakzalvers en alternatieve genezers sprongen in het gat. Of mensen schoten terug in de oude reflex om in een pandemie een straf van God te zien. Nam het opperwezen wraak voor de gruwelen van de oorlog? Of voor de groeiende hoogmoed en geloofsafval? Schijnwetenschap als eugenetica vierde triomfen. In de manier waarop de Spaanse griep toesloeg zag menigeen het bewijs voor superioriteits- en inferioriteitstheorieën. Dat de meeste slachtoffers vielen onder ‘armoedzaaiers’ en ‘gedegenereerde rassen’, kon geen toeval zijn.

Spinney gaat op zoek naar de oorsprong van de Spaanse griep en houdt de drie meest gangbare theorieën daarover tegen het licht. Ze duikt ook in ontwikkelingen in de medische wetenschap na 1918 en kijkt naar de kansen op een nieuwe miljoenen doden kostende grieppandemie.

Ze voert de lezer mee naar de andere kant van de wereld, waar Australië de ziekte grotendeels buiten de grenzen wist te houden en Samoa er juist ongenadig hard door werd getroffen. Er komen heel veel meer exotische locaties langs: Alaska, Oost-Iran, India, China en Zuid-Afrika, allemaal gebieden met hun eigen verhaal.

Oordeel: Knap boek over de enorme reikwijdte van deze ‘crowd disease’

Overleven

Tot de prominente zieken die de griep overleefden behoorden Franklin Delano Roosevelt, Mustafa Kemal Atatürk en Mahatma Gandhi. Aan wat-alsgeschiedenis waagt Spinney zich niet. Hoe verleidelijk het ook is om te speculeren over het verloop van de geschiedenis zonder deze leiders.

In de nog jonge Sovjet-Unie stierf Jakov Sverdlov wel door het virus. De voorzitter van het Russische Centrale Uitvoerende Comité gold als vertrouweling van Lenin. Zijn opvolgers kwamen en gingen. Bij allemaal ontbrak het aan de fenomenale energie die Sverdlov had getoond bij de opbouw van de nieuwe staat. Tot Stalin diens taken op zich nam.

Spinney levert met ‘De Spaanse griep’ een knap boek af. In plusminus 400 pagina’s weet ze heel veel aspecten van de pandemie te belichten. Ze vult de veelal gebrekkige kennis van de lezer aan en doet wat aan de hardnekkige blikvernauwing: de Spaanse griep was niet op haar dodelijkst in het door oorlog uitgeputte Europa maar juist daarbuiten, met Azië voorop.

Haar pleidooi overtuigt voor meer aandacht voor de Spaanse griep

Eén gedachtelijn had ze misschien nog wat meer kunnen uitwerken. In het begin van het boek hint de auteur erop dat de Spaanse griep mogelijk niet alleen zijn invloed heeft gehad op het verloop van de Eerste Wereldoorlog maar ook zijn invloed kan hebben gehad op het ontstaan van de Tweede. Veel dieper gaat Spinney er niet op in.

Ze trekt wel lijnen naar de kunst. De Romantiek was na de massaslachting definitief voorbij. Dat schiep ruimte voor het muzikale experiment van componisten als Arnold Schönberg en Igor Strawinsky en voor vervreemdende literatuur als die van Pirandello, Samuel Beckett en Franz Kafka (zelf ook getroffen, maar niet overleden door de Spaanse griep).

Eenzelfde verkenning van de griepsporen in de na 1918 veranderende kijk op de wereld van filosofen, andere geleerden, radicale politieke elementen had in het boek van de Britse niet misstaan. Maar ook zonder overtuigt haar pleidooi voor meer aandacht voor de Spaanse griep.

De Spaanse griep. Hoe een pandemie in 1918 de wereld veranderde
Vert. Auke Leistra
De Arbeiderspers; 416 blz. € 22,99

Recensenten van Trouw bespreken pas verschenen fictie, non-fictie, jeugdliteratuur en thrillers. Lees hier meer boekrecensies.