Direct naar artikelinhoud
column

De scheiding van kerk en staat kan nooit absoluut zijn

James KennedyBeeld Jörgen Caris

Af en toe staat de 'scheiding van kerk en staat' op de Nederlandse agenda. Meestal gaat het dan over de vraag of de overheid mag samenwerken met religieuze instanties of hun subsidie mag geven. Deze week ging het over iet anders: wanneer mag de overheid zich bemoeien met de interne zaken van een 'kerk'? 

Want de media, en de politiek, maakten zich zorgen over buitenlandse geldstromen naar Nederlandse moskeeën. Zouden buitenlandse mogendheden via die geldstromen ook kunnen bepalen wat daar wordt gepredikt?

Deze zaak kreeg nieuwe urgentie door het nieuws dat het aantal salafistische moskeeën en voorgangers in de laatste vier jaar is verdubbeld. Toen journalistiek onderzoek afgelopen week aan het licht bracht dat tientallen moskeeën financiële ondersteuning kregen vanuit het Arabische schiereiland, eiste zowel de lokale als de nationale politiek helderheid van zaken. "Het is belangrijk dat we de vinger aan de pols houden en goed in de gaten houden wat er allemaal gebeurt", zei het Utrechtse raadslid Arjan Kleuver (D66). "Ik wil weten hoe de imam denkt over openheid van financiën. Dat is voor mij heel belangrijk."

Alarmbellen

In Zuid-Scharwoude reageerden raadsleden coulanter toen zij hoorden dat de lokale moskee financiële steun van Arabische landen had aangevraagd. Omdat het moskeebestuur heel goed ligt in de gemeenschap "is het niet zo dat alle alarmbellen afgaan, maar we moeten dit wel even goed uitzoeken", oordeelde Soledad van Eijk van GroenLinks.

Als een gebedshuis 'goed in de leer' is, wordt het met rust gelaten. Als dat niet het geval is, wordt het aangepakt.

Hoewel ook vanuit Nederland geregeld financiële steun wordt verstrekt aan kerken en andere religieuze organisaties in het buitenland, veroordelen politici geldstromen in omgekeerde richting als die steun wordt gegeven vanuit niet-democratische landen. Als daar geen godsdienstvrijheid is, mogen ze geen invloed hebben op de prediking hier. In Nederland is 'geen plaats voor een ideologie van onvrijheid die uit andere landen wordt geïmporteerd', zei Gert-Jan Segers (ChristenUnie).

De scheiding van kerk en staat kan inderdaad nooit absoluut zijn. De staat kan er belang bij hebben om te weten wat zich afspeelt in de kerk, of in dit geval de moskee. Het waarborgen van democratische waarden is van staatsbelang. Het kan nodig zijn om transparant bestuur van particuliere organisaties te eisen. En natuurlijk is ook veiligheid een zorg van de staat, al is het belangrijk om te onderstrepen, zoals Stevo Akkerman schreef, dat het prediken van een salafistische boodschap niet gelijkstaat aan een terreurdaad.

Patroon

Vrijheid van godsdienst is niet zo gemakkelijk aan de kant te schuiven. In Frankrijk is het moeilijk om staatstoezicht op moskeefinanciën uit te oefenen, juist door de strikte scheiding van kerk en staat die in 1905 werd doorgevoerd. Daardoor heeft de overheid niets meer te zeggen over de wijze waarop moskeeën aan hun geld komen. Als een laïcistische overheid besluit om kerk of moskee niet meer te financieren, moeten ze zichzelf bedruipen en verliest de overheid ook controle. 

Dit patroon is in meerdere landen zichtbaar, ook in Nederland. Een scheiding betekent ook dat 'de kerk' vrijheid krijgt om financieringsbronnen te vinden om zichzelf in stand te houden.

Politici willen er nu bovenop zitten. Als een moskee 'gematigd' en een goede naam heeft, lijkt niemand zich veel zorgen maken. Als een gebedshuis 'goed in de leer' is, wordt het met rust gelaten. Maar als dat niet het geval is, wordt het aangepakt. De wet wordt misschien aangepast om een preekverbod in te kunnen stellen of de mogelijkheid om de geldkraan dicht te draaien.

Dit betekent dat de 'scheiding van kerk en staat' niet voor alle godshuizen of godsdiensten op gelijke wijze wordt toegepast. Tot nu toe was er weinig ophef over het feit dat de imams van veel Nederlands-Turkse moskeeën worden betaald door de Turkse overheid, omdat zij doorgaans geen salafisten zijn. Maar als de overheid gaat bepalen welke geldstromen wel of niet toelaatbaar zijn, gebaseerd op de inhoud van de prediking, verliezen we de neutrale overheid die we met de scheiding van kerk en staat wilden creëren.

James Kennedy is een van oorsprong Amerikaanse historicus met Nederlandse wortels. Sinds 2003 is hij als hoogleraar geschiedenis werkzaam in Nederland. Lees hier meer van zijn columns.