Dat heeft de bewindsvrouw donderdag aan de Tweede Kamer geschreven. Maar ze legt niet de volledige strafkorting op. Het gaat om InHolland, de Hogeschool Leiden, de Hogeschool Rotterdam, NHL, Vilentum en Fontys.
"Gezien de moeilijke opdracht waar alle hogescholen voor staan en de noodzaak dat ook deze zes hogescholen doorgaan op de door hen ingezette weg om het studiesucces te verhogen en gelijke kansen te bieden aan al hun studenten, zal ik hen de helft minder korten", aldus de minister.
De 7 miljoen gaat naar de andere hogescholen die wel de prestatieafspraken hebben gehaald. Het ministerie maakte in 2012 prestatieafspraken met universiteiten en hogescholen om ze niet alleen te belonen voor de hoeveelheid studenten die succesvol afstuderen, maar ook voor de kwaliteit die ze bieden.
De Vereniging Hogescholen noemt het besluit van minister Bussemaker teleurstellen. "De overheid moet sturen op afstand en meer ruimte aan de autonomie van de hogescholen bieden.'' De vereniging benadrukt dat ook zonder prestatieafspraken de kwaliteit van het onderwijs omhoog zou zijn gegaan.
Studenten
De Landelijke Studentenvakbond (LSVb) denkt dat de korting op de hogescholen slecht zal uitpakken voor studenten. Het is bovendien niet duidelijk hoe de korting bijdraagt aan de kwaliteit van het onderwijs. "Een korting van zeven miljoen euro is niet niks. Als het leidt tot bezuinigingen op het onderwijs zullen studenten dat merken. De prestatieafspraken hebben daarmee een averechts effect", zegt LSVb-voorzitter Berkhout.