Direct naar artikelinhoud

De aanpassing van de inlichtingenwet toont het nut van referenda aan

Een kiezer stemt voor het raadgevend referendum.Beeld ANP

Minister Ollongren zegt het zelf: de verbeteringen die zij namens het kabinet gaat aanbrengen aan de Wet op de inlichtingen- en veiligheidsdiensten zijn meer dan ­cosmetisch. De nieuwe wet gaat weliswaar op 1 mei in, maar zal worden aangepast aan de bezwaren van de nee-stemmers die het referendum van 21 maart met klein verschil hebben gewonnen.

Er komen strengere regels voor het grootschalig ­aftappen van internetverkeer. De minister van Binnenlandse Zaken gaat sneller beoordelen met welke buitenlandse inlichtingendiensten informatie mag worden gedeeld. Voor het zover is, mag er geen informatie worden verstrekt die door de diensten niet is bekeken. De diensten mogen verzamelde data nog steeds drie jaar bewaren, maar de minister beoordeelt voortaan ieder jaar of dat bewaren nog nodig is.

Door deze verbeteringen zal niet iedereen tevreden zijn gesteld, maar het draagvlak van de inlichtingenwet wordt er wel breder door. Veel tegenstemmers ­waren immers niet tegen actualisering van de ­bestaande wetgeving, maar wilden meer waarborgen voor bescherming van de privacy.

Donorwet leent zich ook goed voor volksraadpleging

Door de inlichtingenwet te verbeteren na de verrassende uitslag van het referendum, erkent de regeringscoalitie dat het instrument referendum een nuttige aanvulling is van het stelsel van de parlementaire ­democratie. Het is dan ook niet meer vol te houden om, zoals de coalitie wil, het referendum af te schaffen. Het zou dan ook verstandig zijn wanneer de Eerste ­Kamer dit kabinetsvoorstel zou afwijzen. In plaats daarvan moet er een nieuwe referendumwet komen die tegemoetkomt aan de gebreken die bij het Oekraïne­referendum aan het licht kwamen.

Intussen is er een verzoek ingediend om een referendum te houden over de donorwet van D66-Kamerlid Pia Dijkstra. Deze initiatiefwet, die door een automatische registratie bij ‘geen bezwaar’ moet zorgen voor meer orgaandonoren, werd met minimaal verschil aangenomen in de Tweede en de Eerste Kamer.

Omdat het onmiskenbaar gaat om een omstreden besluit over een onderwerp dat iedereen raakt, leent de donorwet zich goed voor een referendum. Ook in dit geval kan een volksraadpleging het draagvlak vergroten voor een regeling die enerzijds het tekort aan donoren opheft en anderzijds tegemoetkomt aan de verlangens van de nabestaanden.