Direct naar artikelinhoud
Antibiotica

Hoe jonger de arts, hoe minder antibiotica

Jonge artsen schrijven een pak minder antibiotica voor dan oudere.Beeld Thinkstock

Jonge huisartsen schrijven een pak minder antibiotica voor dan hun oudere collega’s. Dat blijkt uit een nieuwe studie van de Socialistische Mutualiteiten. Een hoopvol teken, al is er nog geen reden tot juichen.

en

Jonge huisartsen gaan duidelijk anders om met antibiotica dan oudere. Tot die conclusie komen de Socialistische Mutualiteiten na onderzoek van alle voorschriften van hun leden tussen 2008 en 2016. Daaruit blijkt dat huisartsen onder de 30 jaar bijna 30 procent minder antibiotica voorschrijven dan hun collega's van 60 jaar of ouder.

Een evolutie die professor huisartsengeneeskunde Dirk Devroey (VUB) toeschrijft aan de kwaliteit van de opleidingen. "De huisartsen in spe krijgen dat inderdaad goed ingeprent: antibiotica kan enkel in uiterste nood. En werkt bovendien niet bij het bestrijden van virussen. Maar het is uiteraard altijd makkelijker om het gedrag te veranderen van iemand die nog geen gedrag heeft, dan van iemand die het dertig jaar geleden op de universiteit anders aangeleerd kreeg. We mogen niet vergeten dat wie dertig jaar geleden geen antibiotica voorschreef voor een keelontsteking gebuisd werd. Dat krijg je er inderdaad moeilijk uit.”

'Het is uiteraard makkelijker om het gedrag te veranderen van iemand die nog geen gedrag heeft dan van iemand die het dertig jaar geleden op de universiteit anders aangeleerd kreeg'
Dirk Devroey, professor huisartsengeneeskunde (VUB)

Artsensyndicaten wijzen dan weer op de verantwoordelijkheid van de patiënt. Want ook bij artsen spelen de concurrentieregels. Als een patiënt niet krijgt wat hij wil bij de ene arts, dan gaat hij naar de andere. 'Arts-shoppen' heet zoiets. Ook het rapport van de Socialistische Mutualiteiten bevestigt dat één op de acht patiënten inderdaad zelf om antibiotica vraagt. In 85 procent van de gevallen gaat de arts er ook op in.

Mentaliteit veranderen

De vrees om patiënten te verliezen, is onterecht, meent professor Devroey. “We leren onze artsen in spe communicatievaardigheden aan om met dergelijke vragen van patiënten om te gaan. Als een patiënt uitleg krijgt over waarom antibiotica geen goed plan is, dan begrijpt hij het doorgaans wel."

Lees: Ziekenfonds pleit andermaal voor matiging (+)

Ook Paul Callewaert blijft erbij dat het vooral de voorschrijvende artsen zijn bij wie de mentaliteit moet veranderen. “De sleutel om dit probleem op te lossen, ligt bij hen. Het is de huisarts die informatie moet geven aan de patiënt op een manier dat die het begrijpt. Zoals de jongere artsen tegenwoordig aangeleerd krijgen."

'De sleutel om dit probleem om te lossen, ligt bij de huisartsen. Zij moeten informatie geven aan de patiënt op een manier dat die het begrijpt'
Paul Callewaert, voorzitter Socialistische Mutualiteiten

Niets doen is niet meteen een optie. Belgen slikken nog altijd het op twee na vaakst antibiotica van alle OESO-landen. Enkel in Griekenland en Frankrijk ligt de consumptie nog hoger. Een dergelijk antibioticagebruik is problematisch, omdat het de kans verhoogt dat bacteriën resistent worden.

Traag omlaag

Ons land heeft dan ook al vele jaren duidelijke richtlijnen voor antibioticagebruik. De daartoe opgerichte commissie (BAPCOC) stelt dat het aantal voorschriften per 1.000 inwoners tegen 2020 naar 600 moet dalen. "Daar zitten we nog lang niet. We zitten nu nog aan 910 voorschriften", zegt Callewaert. "43,6 procent van onze leden kreeg in het epidemiejaar 2015-2016 minstens één voorschrift. In 2008-2009 was dat 46,3 procent. Het gaat dus veel te traag omlaag. Ondanks herhaaldelijke campagnes om het gebruik naar beneden te krijgen."

Al is Callewaert niet meteen voorstander van het penaliseren van artsen die te vaak voorschrijven. "We zien meer heil in het heel gericht aanschrijven van artsen en polsen naar een verklaring. We hopen dat penaliseren niet nodig is, alleen als iemand echt blijkt te volharden."