"Het laatste deel van mijn voorbereiding was gewoon klote, ik heb de laatste tweeënhalve week heel weinig getraind", aldus Blokhuijsen, die kwakkelde met een virus. "Ik merkte vandaag in de laatste rondjes van mijn 5 kilometer dat ik niet de frisheid had om goed door te blijven rijden."
De 28-jarige Noord-Hollander reed vanaf de doorkomst na 3 kilometer rondetijden van boven de dertig seconden, terwijl hij gehoopt had 29'ers te kunnen blijven rijden. Met een eindtijd van 6.14,75 kwam hij ruim drie seconden tekort voor het podium en ruim vijf seconden voor het goud van Sven Kramer (6.09,76).
"Ik rijd vandaag harder dan vier jaar geleden in Sochi (toen hij zilver pakte in 6.15,71, red.), Sven is ook maar een seconde sneller dan toen, dus dat betekent dat de concurrentie de afgelopen vier jaar stappen heeft gezet", concludeert Blokhuijsen.
"Maar ik ben vooral heel erg teleurgesteld dat ik vandaag niet beter kon dan dit. Ik heb heel erg lang naar deze Spelen toegeleefd en een zevende plek is niet waarvan ik droomde."
Fitheid
Blokhuijsen had er voor zijn rit nog wel alle vertrouwen in dat hij om de medailles mee kon doen op zijn derde Spelen. "Je moet er altijd in blijven geloven en daarom begon ik ook hard aan mijn race. Maar misschien was ik wel iets te gretig."
"Ik weet dat Michael lastig te verslaan is als je hem het initiatief geeft, maar dat resulteerde erin dat ik net wat te snelle rondetijden neerzette aan het begin van mijn rit. Dat breekt me uiteindelijk op aan het einde, zeker gezien mijn fitheid."
Blokhuijsen, die deze Spelen ook nog in actie komt op de ploegachtervolging, heeft er geen spijt van dat hij risico heeft genomen. "Het was nu of nooit. Ik word liever op deze manier zevende dan dat ik voorzichtig begin en een net netnietrace aflever."