Direct naar artikelinhoud
Reportage

Witte school ontmoet zwarte school

Witte school ontmoet zwarte school
Beeld Werry Crone

Utrechtse kinderen van een witte school uit de wijk Tuindorp gaan op bezoek bij kinderen van een zwarte school in de wijk Overvecht. Omdat de scholen samen leven en samen werken belangrijk vinden.

In tien minuten lopen de kinderen van openbare basisschool Tuindorp naar openbare basisschool Overvecht. Hand in hand van de ene naar de andere kant van de kloof. De kloof tussen arm en rijk, wit en zwart, hoger en lager opgeleid. Kansarm en kansrijk. Niet dat de kinderen van groep 3 daar iets van merken. Ze weten niet dat Overvecht, een wijk in het noorden van Utrecht, het hoogste aandeel huishoudens kent met een bijstandsuitkering. Achttien procent van de huishoudens leeft in de bijstand. In Noord-Oost, waar Tuindorp in ligt, is dat 3 procent.

In meer statistieken zijn Overvecht en Tuindorp hekkensluiter en koploper van Utrecht. Overvecht is, als je het aan inwoners vraagt, de onveiligste wijk van de stad. Tuindorp de veiligste. Inwoners van Noord-Oost geven hun buurt een 8, de hoogste score van Utrecht, terwijl Overvecht het moet doen met een 4,9. Inwoners van Tuindorp zijn gezonder, gelukkiger, rijker, slanker en hoger opgeleid dan inwoners van Overvecht, blijkt uit cijfers van de gemeente.

Tuindorp is ook een witte wijk, terwijl Overvecht, sinds dat in de jaren zestig van de vorige eeuw uit de grond werd gestampt, veel inwoners kent met een migratieachtergrond. De kinderen en kleinkinderen van arbeidsmigranten wonen er in hoge flats of eengezinswoningen.

De kloof, dat is het spoor tussen Utrecht en Hilversum. Aan de Tuindorp-kant wisselen de huizen - jaren dertig, met een tuin - voor vijf, zes, zeven ton van eigenaar. Aan de Overvecht-kant voor minder dan drie ton en dat is niet omdat de huizen kleiner zijn.

Om iets van de segregatie te doorbreken en de verschillende werelden samen te brengen, zijn Obs Overvecht en obs Tuindorp de kloof overgestoken.

De segregatie in de stad is ook te zien op de openbare basisscholen in de twee wijken. Obs Tuindorp is een witte school, obs Overvecht niet. De hoogopgeleide witte ouders die, aangetrokken door de lagere huizenprijzen, zo langzamerhand wel in Overvecht willen wonen, brengen hun kind aan de overkant van het spoor naar school. Aan de kwaliteit van het onderwijs op obs Overvecht ligt dat niet. De school krijgt goede beoordelingen van de inspectie en mag zich 'excellente school' noemen. Een voorbeeld voor andere basisscholen, volgens het ministerie van onderwijs.

Brieven

Om iets van de segregatie te doorbreken en de verschillende werelden samen te brengen, zijn Obs Overvecht en obs Tuindorp de kloof overgestoken. De kinderen van groep 3 uit Tuindorp gaan op bezoek bij de kinderen uit groep 3/4 in Overvecht. De 'vriendschapsschool' noemen de scholen het project. Eerst hebben de kinderen brieven geschreven om elkaar te leren kennen, nu komen ze elkaar tegen in het echte leven. Drie ochtenden gaan ze samen naar school: twee keer in Overvecht, een keer in Tuindorp. Volgend jaar gaan nieuwe groepen hetzelfde doen.

Want jong geleerd is oud gedaan, zeggen de leerkrachten. Beide scholen zijn een 'Vreedzame school', wat betekent dat ze veel aandacht besteden aan samen leven en samen werken. "We zijn als school een gemeenschap, maar we staan ook in de gemeenschap", zegt directeur Marije Wassenaar van obs Overvecht.

Beide scholen willen 'samenwerking en verbinding in de hand werken', zegt leerkracht Marlot Spelbrink van obs Tuindorp. Wat dat in de praktijk betekent? De roze loper uitrollen, koekjes bakken, fruit eten en dansen op Kinderen voor Kinderen.

Tekst gaat verder onder de afbeelding

Brieven
Beeld Werry Crone

10:00 uur

De dag begint met een 'kletspraatje', heeft juf Anneke van der Plaats van obs Overvecht net aangekondigd. Gewoon, om elkaar te leren kennen. Haar leerlingen hebben de kinderen uit Tuindorp net opgewacht langs een roze loper. Het is de eerste winterdag van het jaar, op het plein is het koud. Maar juf Anneke en haar collega Berna Abbenhuijs doen een dansje met de leerlingen en daar zijn ze al, de kinderen uit Tuindorp. Hand in hand komen ze aanlopen, twee aan twee. De kinderen uit Overvecht hebben borden gemaakt die ze omhoog houden. Welkom, staat erop. Met gekleurde handjes en de foto's van de kinderen die deze ochtend aan hun tafel zitten. "Straks geef je onze vrienden uit Tuindorp een handje en zeg je 'hoe heet je' en misschien 'hoe gaat het met je'", zegt juf Anneke tegen haar leerlingen.

Dat is spannend, voor alle kinderen. "Want ik ben hier nog nooit ben geweest", zegt Yassine van obs Tuindorp met grote ogen. De kinderen kennen elkaar van de brieven die ze al gestuurd hebben. Met hun verjaardag, hun lievelingsdier en favoriete sport. Het kletspraatje helpt. Iris uit Tuindorp en Maryam uit Overvecht zijn vriendinnen geworden. Want, zegt Maryam, ze hebben dezelfde lievelingskleur.

De brieven die de kinderen uit de wijken Overvecht en Tuindorp gestuurd hebben om elkaar alvast een beetje te leren kennen.Beeld Werry Crone

10:30 uur

"Donuts!", roepen de kinderen uit Tuindorp als de moeders uit Overvecht met schalen vol lekkers binnenkomen. Geen donuts, moeten ze even laten concluderen. Maar wel lekker. Super lekker zelfs. Er zijn koekjes, cake, taartjes en fruit. Er is mierzoete thee uit glaasjes met rode rozen, die door een van de moeders met een spectaculaire zwier van hoog boven de glazen wordt uitgeschonken.

"Hier laat je met eten en drinken zien dat iemand welkom is", zegt juf Anneke. Ook vanuit Tuindorp zijn moeders meegekomen om kennis te maken. Een handvol vrouwen staat rond de tafel met thee. De enige vader wat onwennig ernaast. Eigenlijk moeten ze afronden, zeggen juf Anneke en juf Berna tegen elkaar. Maar de moeders die staan te kletsen, dat is te leuk om af te breken. "Laat ze nog maar even staan daar, die moeders."

Ondertussen trekt juf Marlot van obs Tuindorp een klein sprintje naar haar collega's. "Hoorde je dat?", zegt ze. "Een van mijn kinderen moest plassen. Zegt een van jouw kinderen: 'kom maar, ik laat het je wel zien'. Dat gaat helemaal vanzelf." Ze draait richting verslaggever. "Daarom moet je vroeg beginnen. Op oudere leeftijd vinden ze dit veel moeilijker."

10:30 uur
Beeld Werry Crone

11:00 uur

Waar ben je bang voor?, vragen de zes- en zevenjarigen elkaar. Wat vind je lekker ruiken? Waar verstop jij je graag? Doe je weleens klusjes in huis? Het Mix en ruilspel, zegt de toekijkende schooldirecteur Wassenaar. Een manier om elkaar te leren kennen.

De kinderen staan met opgestoken hand in de ruimte tot ze iemand gevonden hebben die ook een vriend zoekt. Ze beantwoorden elkaars vragen, wisselen van kaart, geven af en toe een high five en trekken weer verder. Dan wordt er gedanst - 'Dus doe maar 1,2,3/ ja lekker dansen/ geeft je energie', in Kinderen voor Kinderen-tongval - en worden complimenten uitgedeeld. Wie wil, mag met een wereldbol in de hand 'een opsteker' geven. Voor de juf, omdat ze lief is. Voor de andere kinderen, omdat ze zo goed samenwerken. Of voor de moeders, omdat ze gebakken hebben.

Het afscheid gaat met minder verlegenheid dan het welkom. De kinderen high-fiven en geven elkaar een hand. Het gaat van 'tot ziens' en 'dááág'. Er wordt een lied ingezet.

De leerlingen zien elkaar sowieso nog twee keer. Volgende keer komt Tuindorp weer naar Overvecht, daarna komen de kinderen uit Overvecht naar de overkant van het spoor. "Kinderen gaan elkaar nu herkennen op de sportclub en op de sportdagen voor alle Utrechtse basisscholen", zegt juf Marlot. Voor de toekomst geldt, hopen de scholen, het aloude adagium: jong geleerd, is oud gedaan.

Achterstandsleerlingen

Cijfers over hoe de segregatie er precies uitziet, welke kinderen waar wonen en naar school gaan, zijn er niet. Het CBS heeft ze niet, net als het ministerie van onderwijs en de gemeente Utrecht. De verklaring: sinds 2006 telt het geboorteland van ouders niet meer mee om te bepalen of een school extra geld krijgt voor achterstandsleerlingen. Er werd gedacht dat dit niet meer van belang zou zijn.

Daar is men van terug gekomen. Kinderen met een migratieachtergrond hebben minder kansen, zeggen scholen nu na onderzoek van het CBS. Vanaf 2019 telt het geboorteland van ouders weer mee, net als de vraag of ze in de schuldsanering zitten, wat hun opleidingsniveau is, hoe lang de moeder in Nederland woont en wat het gemiddelde opleidingsniveau is van de moeders van klasgenoten. Binnenkort praat de minister met de Tweede Kamer over het onderwijs aan kinderen met een achterstand.

Lees ook:

Het geld dat basisscholen van ouders vragen voor extra activiteiten stijgt en de verschillen zijn groot.