Willem Holleeder en zijn advocaten vandaag tijdens de zitting in de speciaal beveiligde rechtbank in Amsterdam
NOS NieuwsAangepast

'Ik ben volgens Astrid een beest, maar het omgekeerde is waar'

  • Remco Andringa

    redacteur Politie en Justitie

  • Remco Andringa

    redacteur Politie en Justitie

"In het boek van Astrid staat dat ik mijn familie heb geterroriseerd", zei Willem Holleeder vandaag. "Ik ben volgens haar een beest. Maar het omgekeerde is waar." En dat denkt Holleeder te kunnen bewijzen de komende maanden, tijdens de behandeling van zijn rechtszaak.

"Ik heb alle oude tapgesprekken met mijn familie op een rij gezet. Daarin is te horen dat onze relatie altijd goed is geweest. Ze hebben altijd alles voor me gedaan en ik heb ook altijd voor hen klaargestaan. Het is een gotspe wat Astrid hier doet."

Diepe duik in Amsterdamse onderwereld

Holleeder wordt ervan verdacht dat hij opdracht gaf voor een reeks liquidaties tussen 2002 en 2006. Vanmiddag werd hij voor het eerst op zitting ondervraagd, aan de hand van een 127 pagina's lange handgeschreven verklaring die hij heeft opgesteld.

Het werd meteen een diepe duik in de Amsterdamse onderwereld, waar in de loop der jaren tientallen doden vielen. "Van uw vrienden en bekenden is bijna niemand meer over", constateerde rechtbankvoorzitter Frank Wieland. Hij vroeg zich af hoe het was om te leven in een wereld waar dodenlijsten circuleren en iedereen elkaar wantrouwt.

Ik ben me gaan beveiligen, maar werd niet paranoïde. Ik ben een nuchter denkend iemand.

Holleeder over de maatregelen die hij nam na de aanslag op Cor van Hout

Holleeder: "Nadat Cor [van Hout, red.] was neergeschoten, heb ik mijn Golf laten bepantseren. Ik ben me gaan beveiligen, maar werd niet paranoïde. Ik ben een nuchter denkend iemand."

De rechtbank ging terug tot de Heineken-ontvoering, waarvoor Holleeder in de jaren tachtig werd veroordeeld. Een deel van het losgeld zou zijn verbrand op het strand.

De rechtbankvoorzitter: "Gelooft u dat verhaal?"

Holleeder: "Nee, natuurlijk niet."

Nadat Holleeder en mede-ontvoerder Cor van Hout in 1992 vrijkwamen, werd dat gevierd met een groot feest in het Marriott Hotel in Amsterdam. Volgens Holleeder betaald met geld van de ontvoering.

De voorzitter: "Wat speelde de band bij binnenkomst?"

Holleeder: "Heerlijk helder Heineken."

Voorzitter: "Vond u dat niet cynisch?"

Holleeder: "Ik heb er niet bij stil gestaan. Het was voor Cor, niet voor mij. Ik was al vrij."

De man die me heen en weer gereden heeft, is overleden. Gewoon op een natuurlijke manier, hoor.

Holleeder over de man die hem hielp bij het opgraven van het losgeld voor Heineken

In vogelvlucht ging het door Holleeders leven en criminele carrière. Ogenschijnlijk ontspannen gaf hij antwoord op de vragen van de rechtbank, niet gespeend van wat zwartgallige humor.

Zo zei hij zijn deel van het Heineken-losgeld (11,5 miljoen gulden ofwel 5,4 miljoen euro) zelf te hebben opgegraven in de bossen rond Lage Vuursche. "De man die me heen en weer gereden heeft, is overleden. Gewoon op een natuurlijke manier, hoor."

Hoe werd Willem Holleeder zo berucht?

Holleeder: Astrid kan het mooi vertellen

Holleeder lichtte toe hoe hij uiteindelijk gebrouilleerd raakte met zijn zwager en mede-ontvoerder Cor van Hout. "In de tapgesprekken zult u zien wat voor iemand Cor was", zei hij. "Zielig, hoe Sonja door hem geterroriseerd is. Hij sloeg haar. Hij was onhandelbaar. Als je géén ruzie met hem kreeg, was er iets mis met je."

Met zijn dood zegt Holleeder niets te maken te hebben, in tegenstelling tot wat zijn zussen en het Openbaar Ministerie beweren.

"Astrid kan het mooi vertellen. Ze heeft altijd gezegd: je moet hem voor zijn, want Cor gaat jou en Sonja vermoorden. Ze heeft me een paar keer gebeld en geprobeerd me op te zetten tegen Cor. Door te zeggen: 'Hij haat je. Ik wil aangifte tegen hem doen. Hij is gek, hij is gek.' Die tap heb ik ook."

Een ongelofelijke slangenkuil, waarin mensen elkaar het licht in de ogen niet gunden.

Rechtbankvoorzitter Wieland over het criminele milieu waarin Holleeder verkeerde

Holleeder vond een nieuwe vriend in Willem Endstra, een van de mensen die hij volgens het OM ook heeft laten vermoorden. Bij hem parkeerde Holleeder zijn geld, net als vele andere criminelen.

Rechtbankvoorzitter Wieland omschreef dat criminele milieu als volgt: "Een ongelofelijke slangenkuil, waarin mensen elkaar het licht in de ogen niet gunden."

Volgens Holleeder werd hij door een van de andere criminelen die hij zou hebben laten vermoorden, John Mieremet, neergezet als een groot gevaar, terwijl hij juist zelf op de nominatie stond om vermoord te worden.

De rechtbankvoorzitter wees erop dat Holleeder wel is veroordeeld voor het afpersen van Endstra voor een bedrag van twintig miljoen.

Holleeder: "Ik heb dat geld nooit gehad."

Goede sfeer

Donderdag gaat de ondervraging van Holleeder verder. De rechtbank leek vandaag vooral ook een goede sfeer te willen creëren voor de komende 65 zittingsdagen.

Dat bleek toen misdaadjournalist Peter R. de Vries ter sprake kwam. De rechtbankvoorzitter, nadenkend: "Peter R. de Vries, ik ken het eigenlijk alleen van Annie M.G. Schmidt dat je ook een tweede voorletter noemt. En John F. Kennedy. Ik ben geneigd hem Peter de Vries te noemen." Daar kon een lachende Holleeder zich wel in vinden.

Deel artikel:

Advertentie via Ster.nl