De beurshallen in Las Vegas hingen deze week weer vol met prachtige tv’s. Steeds meer bedrijven maken OLED-televisies, die een uitstekend contrast bieden. En de zeer hoge 4K-resolutie is inmiddels gemeengoed; er worden zelfs al voorzichtig enkele 8K-televisies getoond.
Maar wat tijdens CES vooral opvalt is dat de 2018-modellen erg lijken op die van 2017. De nieuwe AF8 van Sony is qua scherm zelfs identiek aan de A1 van vorig jaar - alleen het ontwerp is subtiel veranderd.
Oprolbare OLED
De spectaculairste vooruitgang was te zien in een obscuur vergaderzaaltje van LG Display, de schermentak van de Zuid-Koreaanse elektronicafabrikant. Daar werd een oprolbare OLED-tv getoond.
Het scherm zit verwerkt in een soort soundbar en kan omhoog worden gerold op het moment dat hij nodig is. Zo hangt er geen groot zwart vlak in je huiskamer als je geen tv wil kijken.
Bijzonder is bovendien dat het scherm ook deels kan worden uitgerold, om verschillende beeldverhoudingen te creëren. Als het hele scherm zichtbaar is, heeft het 65 inch-display een gewone 16:9-verhouding. Maar als hij iets verder wordt ingerold kan hij ook de bioscoopverhouding 21:9 krijgen.
En als je helemaal geen video wil kijken, zou je het scherm zelfs grotendeels kunnen inklappen. Op het smalle schermpje dat overblijft is bijvoorbeeld alleen nog te zien welke muziek er momenteel wordt afgespeeld, of wat het weer is.
Helaas is de oprolbare OLED-tv nog geen echt product. Hoewel het apparaat op de stand van LG Display goed lijkt te werken, komt hij in ieder geval in 2018 nog niet op de markt. Vermoedelijk zullen tv-fabrikanten op zijn vroegst op de CES van 2019 daadwerkelijke consumentenproducten presenteren die gebruikmaken van het bijzondere scherm.
MicroLED
Ook op de Samsung-stand is het een concept dat het meest in het oog springt. Daar staat de enorme MicroLED-televisie 'The Wall', met een schermdoorsnee van maar liefst 146 inch.
MicroLED is een nieuwe schermtechnologie die net als OLED geen backlight nodig heeft. De LED-pixels genereren zelf licht in alle kleuren en kunnen ook helemaal worden uitgeschakeld om diepe zwartwaarden te creëren.
Bijzonder aan de MicroLED-televisie is bovendien dat hij modulair is. Het scherm is opgebouwd uit kleine elementen die in allerlei configuraties gebouwd kunnen worden. Zo zou je dus een heel breed of heel hoog scherm kunnen maken door allerlei modules aan elkaar te verbinden.
Samsung toonde bijvoorbeeld conceptafbeeldingen van een extreem breed model aan een huiskamermuur zou kunnen hangen. Dat is niet erg handig om traditionele films op te kijken, maar zou bijvoorbeeld wel kunnen worden gebruikt voor sfeerbeelden.
Vooralsnog is echter alleen het 146 inch-model van de MicroLED aangekondigd als product. Dit model zal ergens in 2018 verschijnen voor een vermoedelijk hoge prijs.
Het moet nog blijken of de MicroLED-technologie kan worden doorontwikkeld voor gebruik in (enigszins) betaalbare consumenten-tv’s. Een analist van marktonderzoeker IHS zei deze week tegen Wired dat echte massaproductie vermoedelijk pas over vier jaar mogelijk is, omdat het productieproces nog erg moeilijk is.
Consumenten-tv's
De consumenten-tv's van 2018 krijgen dus geen revolutionaire schermtechnieken of designveranderingen. De updates die er zijn, hebben voornamelijk te maken met de software die op de apparaten draait en de chips die zorgen voor de beeldverwerking.
Voor consumenten is te hopen dat die beperkte vooruitgang wel een bijkomend voordeel heeft: lagere prijzen. OLED-televisies zijn nog altijd behoorlijk duur. Een model van 55 inch kost momenteel nog altijd minstens zo’n 1.500 euro met full hd-resolutie; 4K-modellen beginnen rond de 2.000 euro.
Mogelijk zal de bodemprijs in 2018 verder richting de 1.000 euro dalen. Samsung, LG en Sony hebben nog geen prijzen bekendgemaakt van hun nieuwe modellen. Maar vermoedelijk zullen varianten uit voorgaande jaren op de markt blijven en in prijs dalen en kunnen we in de jaren daarna bijzondere nieuwe tv's verwachten.