Direct naar artikelinhoud

Meer mensen in bijstand, vooral door stijging aantal asielzoekers met verblijfsvergunning

Ondanks de opgekikkerde economie zit een recordaantal mensen in de bijstand. Eind maart waren er 474 duizend bijstandsgerechtigden, 15 duizend meer dan een jaar eerder. De stijging is te verklaren doordat Syriërs, Eritreeërs en andere asielzoekers die een verblijfsvergunning hebben gekregen, een beroep kunnen doen op de bijstand.

Meer mensen in bijstand, vooral door stijging aantal asielzoekers met verblijfsvergunning
Beeld anp

Dit blijkt uit woensdag gepubliceerde cijfers van het Centraal Bureau voor de Statistiek. Het aantal bijstandsgerechtigden met een niet-westerse migrantenachtergrond steeg in een jaar met 19 duizend, terwijl het aantal bijstandsgerechtigden met een Nederlandse of westerse achtergrond samen met vierduizend daalde.

De grootste groep instromers waren de Syriërs, waarvan in 2016 meer dan 17 duizend in de bijstand terechtkwamen, terwijl 2300 Syrische bijstandsgerechtigden een baan vonden. 'Recente immigranten hebben meestal nog niet voldoende kwalificaties om snel aan de slag te komen en zijn daarom aangewezen op bijstand', aldus het CBS.

Hoe het deze Syriërs en andere statushouders de komende tijd verder zal vergaan is koffiedik kijken, zegt CBS-hoofdeconoom Peter Hein van Mulligen. 'Het verschilt heel erg: van de Somaliërs zit ongeveer 70 procent in de bijstand. Onder mensen met een Irakese of Iraanse achtergrond is het aantal bijstandsgerechtigden al weer veel lager, dus er is geen peil op te trekken. Het hangt er vanaf wat voor vaardigheden de Syriërs hebben, of ze zelf op zoek gaan naar werk en of het makkelijk is werk te vinden. En het beleid van de overheid om deze mensen aan het werk te krijgen kan ook veel impact hebben.'

Van Mulligen constateert tegelijkertijd dat er weer schot begint te komen in de bijstand. Voor het tweede kwartaal op rij daalde het aantal bijstandsgerechtigden met een Nederlandse of westerse achtergrond ten opzichte van een jaar eerder. 'Eindelijk lukt het mensen in de bijstand nu ook om een baan te vinden', zegt hij. De werkloosheid is sinds het dieptepunt begin 2014 met een derde gedaald, maar het duurt altijd een tijd voordat bijstandsgerechtigden iets merken van wederopbloei, zegt de CBS-econoom. Zij staan van alle werklozen het langst aan de kant en zijn daardoor voor werkgevers het minst aantrekkelijk.

Recente immigranten hebben meestal nog niet voldoende kwalificaties om snel aan de slag te komen en zijn daarom aangewezen op bijstand
CBS

Het hardnekkig hoge aantal bijstandsgerechtigden heeft nog een tweede reden, weet Van Mulligen: 'Het gros van de mensen in de bijstand is helemaal niet werkloos, in die zin dat ze niet op zoek zijn naar werk.' Bijstandsgerechtigden zijn in drieën op te splitsen. Tussen de 60 en 70 procent zegt desgevraagd door het CBS dat ze niet naar werk op zoek zijn, ook al moeten bijstandsgerechtigden zich formeel beschikbaar houden voor de arbeidsmarkt. 'Hierbij gaat het bijvoorbeeld om arbeidsongeschikten of alleenstaande moeders.' Tussen de 10 en 15 procent werkt, maar verdient niet genoeg om rond te komen en krijgt daarom aanvullende bijstand. Dan blijft er een groep van 20 à 25 procent over met mensen die echt op zoek zijn naar werk.

Opvallend is dat onder jongeren tot 27 jaar het aantal uitkeringen juist groeide, netto met een kleine vijfduizend in 2016. 'Dat komt vermoedelijk doordat jongeren minder makkelijk in de Wajong komen.'