Direct naar artikelinhoud

Grapperhaus erft met justitie en veiligheid een ontembaar ministerie

Minister Ferdinand Grapperhaus van Justitie en VeiligheidBeeld ANP

Onderzoek naar de WODC-kwestie kan aantonen dat er sinds het vertrek van minister Opstelten weinig is veranderd bij Justitie.

De kou is voor minister van justitie en veiligheid Ferdinand Grapperhaus (CDA) voorlopig niet uit de lucht. Voor het kerstreces moet hij in een Kamerdebat uitleg geven over de beweerde beïnvloeding van rapporten van het Wetenschappelijk Onderzoek- en Documentatiecentrum (WODC) door hoge beleidsambtenaren en voorganger Ivo Opstelten.

Grapperhaus heeft alvast een extern onderzoek aangekondigd naar de kwaliteit van twee door een voormalig WODC-medewerker bekritiseerde rapporten uit 2013 en 2014. Mensen van buiten nemen ook de relatie tussen het WODC en beleidsambtenaren sinds 2016 onder de loep. Zij zullen ook bekijken hoe een interne klacht van de medewerker is afgehandeld.

Door onafhankelijke experts in te schakelen, neemt Grapperhaus de vlucht naar voren. Hij zal de Kamer nog wel moeten overtuigen dat het onderzoek breed genoeg is. GroenLinks-Kamerlid Kathalijne Buitenweg zei donderdag dat zij wil dat het onderzoek niet teruggaat tot 2016, maar tot 2012.

Mochten zich na een oppervlakkig onderzoek alsnog nieuwe klokkenluiders melden, dan heeft Grapperhaus een probleem.

Het is ook onduidelijk hoe diep de onderzoekers mogen speuren. Een externe visitatiecommissie voor wetenschappelijk onderzoek constateerde in 2014 immers ook dat alles bij het WODC in orde was, naar het zich nu laat aanzien ten onrechte.

Mochten zich na een oppervlakkig onderzoek alsnog nieuwe klokkenluiders melden, dan heeft Grapperhaus een probleem. Het is voor een minister veiliger fouten zelf aan de Kamer te melden, dan dat het via de media uitlekt terwijl hij naar het parlement mooi weer speelde. Dan lijkt het alsof hij zijn ambtenaren niet onder controle heeft.

Bemoeienis

Maar ook een beperkt extern onderzoek kan al vervelende resultaten opleveren. Er is het ministerie veel aan gelegen om te laten zien dat er sinds 2015 echt iets is veranderd. Dat jaar trad minister Ivo Opstelten af vanwege de Teevendeal, en vertrokken ook diverse topambtenaren. Zijn opvolger, Ard van der Steur, trad begin dit jaar af vanwege diezelfde Teevendeal.

In 2016 lanceerde het ministerie het interne programma ‘Veiligheid en Justitie verandert’ om ‘een betrouwbare partner voor burger, bedrijf, bestuur en media’ te worden.

Als blijkt dat bemoeienis met onderzoek na 2016 doorging, is er een probleem.

Volgens ‘Nieuwsuur’ is er in 2016 tegen de regels in geen formele procedure begonnen nadat de klacht van de onderzoeker op het bureau van de hoogste ambtenaar terechtkwam. Mocht die aantijgingen kloppen, dan is het de vraag of de ambtelijke top wel bereid is tot een echte cultuurverandering.

Als blijkt dat bemoeienis met onderzoek na 2016 doorging, is er een probleem. De Kamer kan dan nog steeds niet vertrouwen op WODC-rapporten. Het zou daarnaast betekenen dat er sinds het vertrek van Opstelten weinig is veranderd op het ministerie. In dat geval weet Grapperhaus dat hem de komende jaren een vervelende taak wacht op een welhaast ontembaar ministerie. 

Lees ook: Beïnvloeding zoals bij het WODC ligt voor onderzoekers al gauw op de loer