Direct naar artikelinhoud

Rizvi's radicale islam rukt op in Pakistan

Khadim Hussain Rizvi (in de rolstoel) roept religieuze leuzen tijdens de protesten in Islamabad deze week. Het protest leidde tot het aftreden van minister Zahid Hamid.Beeld AFP

De Pakistaanse oud-imam Khadim Hussain Rizvi dwong met fel straatprotest de minister van justitie tot aftreden. 'Dood aan godslasteraars', luidt zijn strijdkreet.

Het is nogal een overwinning die de radicale Pakistaanse islamist Khadim Hussain Rizvi heeft geboekt. Na wekenlange straatprotesten van zijn aanhangers in hoofdstad Islamabad wist hij deze week een beleidsmaatregel die hij godslasterlijk vond (zie kader) terug te draaien, en stapte de verantwoordelijke minister op.

Het afgedwongen vertrek van justitieminister Zahid Hamid tekent de opmars van de radicale islam in Pakistan, verpersoonlijkt in Khadim Hussain Rizvi. Deze voormalige imam van een moskee in Lahore is een gezette man met een grote grijze baard en een donkere tulband, die vanwege een verlamd onderlijf in een rolstoel zit.

Rizvi maakte eerder naam als drijvende kracht achter grote betogingen tegen de executie van politiebodyguard Mumtaz Qadri. Die schoot enkele jaren geleden zijn eigen baas, de gouverneur van de deelstaat Punjab, dood omdat die pleitte voor matiging van Pakistans strenge verboden op godslastering. Voor Rizvi is de bodyguard, die vorig jaar werd opgehangen, nog altijd een heroïsche martelaar. "Hij is een held", aldus de geestelijke onlangs tegen persbureau Reuters.

Nieuwe partij

Rizvi heeft de protestbeweging, die bij demonstraties soms tienduizenden mensen op de been bracht, de afgelopen tijd omgevormd tot een nieuwe radicaal-religieuze politieke partij genaamd Tehreek-e-Labaik (heel vrij vertaald 'de Beweging voor Onderwerping aan Allah').

Met deze partij heeft hij onlangs meegedaan aan verkiezingen in Lahore, waar de parlementszetel was vrijgekomen van oud-premier Nawaz Sharif, die vanwege corruptiebeschuldigingen af moest treden. De zetel werd ruimschoots gewonnen door Sharifs echtgenote Kulsoom, maar tot verrassing van velen sleepte Tehreek-e-Labaik 6 procent van de stemmen in de wacht. En in oktober behaalde Rizvi met 8 procent van de stemmen ook al een opmerkelijk goed resultaat bij lokale verkiezingen in de grensstad Peshawar.

Rizvi pleit voor gratis onderwijs en gezondheidszorg, voor sociale gerechtigheid, en vooral voor een strenge oplegging van de sharia, het islamistisch recht. Hij stelt dat oplegging van de islamitische regels binnen de kortste keren een eind zal maken aan de wijdverbreide corruptie in Pakistan. "De sharia moet worden gehandhaafd. Niemand hoeft zich daarover zorgen te maken." Maar Rizvi's belangrijkste punt is een betere handhaving van de Pakistaanse verboden op godslastering. "Dood aan godslasteraars!", luidt de strijdkreet waarmee hij zijn aanhangers opzweept.

Geregeld worden vermoede godslasteraars gedood zonder dat er een rechter aan te pas komt

De bebaarde stokebrand raakt hiermee een gevoelige snaar in Pakistan, dat zeer strikte verboden op godslastering heeft. Zo staat op het ontheiligen van de koran een levenslange celstraf en op het belasteren van de profeet Mohammed de doodstraf. Van een eerlijk proces is bij dit soort beschuldingen zelden sprake. Rechters staan vaak onder zware druk van het publiek om tot een veroordeling te komen.

Moorden

Bovendien worden geregeld vermoede godslasteraars gedood zonder dat er een rechter aan te pas komt. Zo werd eerder dit jaar in de stad Mardan een kennelijk linkse student doodgeschopt en -geslagen door een meute medestudenten die hem beschuldigden van godslastering. "Iemand die slechte dingen zegt over onze geliefde profeet, kan niet in leven blijven", aldus Rizvi over dit soort moorden.

Ondanks zijn succesvolle straatprotest maakt Rizvi volgens commentatoren geen kans om de voor volgend jaar geplande verkiezingen te winnen. Bovendien zal het Pakistaanse leger, dat aan veel touwtjes trekt, niet toestaan dat mensen als Rizvi al te veel invloed krijgen.

Maar het gestook van Rizvi en andere extremisten heeft intussen wel een verstikkend effect op het toch al onvrije politieke klimaat in Pakistan. Vrijwel geen politicus durft nog te opperen dat het misschien wel een tandje minder kan met de godslasteringswetten. En hoewel de opgestapte minister Hamid in een videoboodschap door het stof ging en zijn excuses aanbood aan de natie, moet ook hij rekening houden met gewelddadige consequenties.

Woede over een parlementaire eed

De islamisten onder leiding van Khadim Hussain Rizi waren woedend over een wijzing in de eed die Pakistaanse parlementariërs afleggen. Zij zouden voortaan niet meer 'plechtig zweren' maar 'geloven' dat er geen andere god is dan Allah. Volgens Rizvi kwam dat neer op godslastering. Inmiddels is de wijzing van de eed, volgens de regering een vergissing van een ambtenaar, teruggedraaid.