Ignace Demaerel

‘Hooghartig met het vingertje naar Israël wijzen helpt de Palestijnen ook niet vooruit’

Ignace Demaerel Godsdienstleraar en auteur

Godsdienstleraar en auteur Ignace Demaerel pleit voor een evenwichtiger berichtgeving over het Israëlisch-Palestijns conflict: ‘Met twee maten en twee gewichten beoordelen verergert het conflict voor beide partijen.’

Het is merkwaardig dat een klein landje als Israël zo vaak in het nieuws komt: het is ongeveer even klein als België, maar beheerst toch vaak het wereldnieuws. Wat hier pijnlijk aan is, is dat het meestal om conflict en geweld gaat. En wat er nog pijnlijker aan is, is de ongelooflijk eenzijdige berichtgeving die we telkens voorgeschoteld krijgen: Israël als de boze, agressieve onderdrukker, en het Palestijnse volk als de arme, weerloze onderdrukten. Deze zwart-witte vertekening heeft véél rechtzetting en historische context nodig, maar daarvoor moeten de opgezweepte emoties even mogen zakken en moet het gezond verstand wat feiten op een rijtje kunnen zetten. Joodse vrienden van mij in Brussel klagen al jaren dat in de westerse media ‘Israël nooit iets goeds kan doen’.

‘Hooghartig met het vingertje naar Israël wijzen helpt de Palestijnen ook niet vooruit’

De column van Jean-Marie Dedecker over Gaza en het Israëlisch-Palestijns conflict is slechts één van de zovele in de rij. Hij slaagt erin, in zijn gekende driedubbelgespierde taal, in één artikel zoveel karikaturale en veralgemenende uitspraken te doen, dat je een boek nodig hebt om dit allemaal recht te trekken. Zijn voorbeeld over de ‘joodse militaire arts Baruch Goldstein die 29 biddende moslims in Hebron doodde en daarvoor een standbeeld kreeg’, werd bijvoorbeeld al helemaal weerlegd als desinformatie door Hans Knoop: zulk standbeeld is er gewoon nooit geweest.

Om maar enkele voorbeelden te noemen hoe de eenzijdige berichtgeving werkt: de verontwaardiging in de media was groot toen Israël op 27 december 2008 de Gaza-strook bombardeerde, maar waar werd er ergens vermeld dat er door Hamas in de voorgaande jaren meer dan 10.000 raketten waren afgevuurd op Israël, met 28 doden als gevolg? Amai, zou onze overheid zoveel geduld hebben met een aartsvijand als buur in gelijkaardige omstandigheden? Laten we trouwens niet vergeten dat Hamas tot op 1 mei 2017 ‘de uitroeiing van Israël’ zwart op wit in haar manifest had staan! En dat het toen geschrapt werd, is volgens de meeste waarnemers enkel een kosmetische aanpassing.

In andere mediaberichten worden, bijv. tijdens dezelfde Gaza-oorlog, zware woorden niet geschuwd: Israël werd beschuldigd van ‘genocide‘ tegenover de Palestijnen. Deze uitdrukking van de Palestijnse president Mahmoud Abbas werd massaal overgenomen in alle media, maar ze is compleet buiten verhouding en opzettelijk kwetsend voor een volk dat zelf, nog maar één generatie terug, zes miljoen mensen verloor in uitroeiingskampen. 1419 doden op 20 dagen zijn er zeker en vast 1419 tevéél, maar suggereren dat hier een bewust plan achter zat om een gans volk systematisch van de aardbodem te doen verdwijnen, is intellectueel oneerlijk. Als Israël dat écht wou doen, zou het dat in één seconde kunnen. Als we de Gaza-oorlog een genocide noemen, is de internationale strijd tegen IS dat dan ook?

Voortdurende klacht

Er was en is ook de voortdurende klacht dat Israël met opzet burgerdoelwitten bestookt: ook daarvoor wordt het gedemoniseerd, totdat jaren later een onafhankelijke Franse journalist met videobeelden aantoont dat er wel degelijk vanuit scholen en ziekenhuizen raketten worden afgevuurd, m.a.w. dat Hamas haar eigen mensen gebruikt als levend schild. Hoe kan je in ’s hemelsnaam in zulke vuile oorlog iets goeds doen? Pas in november 2010 gaf de Hamasminister Fathi Hamad toe dat van de 1419 slachtoffers er 250 Hamas-strijders waren en daarbuiten nog 400 gewapende (!) strijders van andere groepen. De bevolking van Gaza wordt zonder twijfel ‘gegijzeld’, zoals Dedecker zegt, maar dan mogen we onze ogen er niet voor sluiten dat ze al minstens even erg gegijzeld wordt door haar eigen (zoals Dedecker ook terecht zegt: corrupte) leiders. Als de Hamas-luitenanten al het geld dat ze investeerden in die 10.000 raketten en in de honderden tunnels – men schat: honderden miljoenen dollars – eens zelf gebruikt hadden om de Gazastrook op te bouwen: hoeveel scholen, wegen, ziekenhuizen, waterputten… zouden er dan niet staan?

Of een recenter voorbeeld: premier Charles Michel ging in februari van dit jaar op driedaags bezoek in Israël – ik was toevallig gelijktijdig met hem in het Yad Vashem-museum. Hij heeft er ontmoetingen gehad op het hoogste niveau, maar welke berichten haalden de pers? Dat hij op het einde ging spreken met twee ‘kritische joodse organisaties’, ‘Breaking the silence’ en ‘B’Tselem’ en dat Netanyahu daarover ‘not amused’ was. Hierover kunnen we twee dingen zeggen: als een buitenlands premier in België op officieel bezoek zou komen, en hij zou tegelijk twee organisaties bezoeken die scherpe kritiek uiten op de mensenrechten in België, hoe zou dat overkomen, denkt u? En ten tweede: het feit dat deze Ngo’s Israëlisch zijn, dat ze bestáán en kunnen functioneren, is al een bewijs van het hoge democratische gehalte van de Israëlische staat: in de Palestijnse gebieden of in elk ander land in die regio zouden zulke mensenrechtenactivisten allang gedood zijn.

Het is een soort axioma in linkse kringen dat de underdog altijd gelijk heeft. Maar dit is toch wel een heel simplistische voorstelling van zaken: het is niet omdat je een gevecht verliest, dat je automatisch onschuldig, een ‘heilige’ of een martelaar bent.

Het is absoluut waar dat het Palestijnse volk lijdt en dat daar iets aan moet gebeuren, maar dat geldt evengoed voor het joodse volk. De lijst van agressies en onrecht tegenover Israël sinds 70 jaar is schier eindeloos: vanaf dag één van hun bestaan (15 mei 1948) werd dit ‘pasgeboren land’ aangevallen door vijf legers tegelijk met als enige doel: uitroeien! En het heeft sindsdien nog geen dag van vrede gekend: vier openlijke oorlogen en al 70 jaar sluipende oorlog eisen hun tol. Als Israël al zou verharden in haar houding, zouden wij het in gelijkaardige omstandigheden beter doen? We mogen ons hier in Europa niet laten meeslepen in sluwe oorlogspropaganda, nieuwsverdraaiing en hate speech, van geen van beide kanten uiteraard. We hoeven deze twee volken echt niet tegen elkaar uit te spelen. Er is onder de zon heus genoeg plaats voor beiden.

Het is een soort axioma in linkse kringen dat de underdog altijd gelijk heeft. Maar dit is toch wel een heel simplistische voorstelling van zaken: het is niet omdat je een gevecht verliest, dat je automatisch onschuldig, een ‘heilige’ of een martelaar bent. En dit axioma kan een pervers effect krijgen, want ze leidt tot een soort wrange competitie: Wie erin slaagt zich als de ergste underdog voor te stellen, krijgt het medelijden van de ‘politiek correcte pers’. Het gevecht om de beeldvorming is in de moderne media helaas belangrijker dan de oorlog om de waarheid. Is Israël werkelijk ‘de onderdrukker’ in het Midden-Oosten? Zij zijn het enige joodse landje ter wereld, omringd door een oceaan van moslimlanden: 53 landen in de wereld zijn officieel islamitisch of hebben een meerderheid aan moslims. De dreiging is echt niet ingebeeld. Waarom denken velen dat de Derde Wereldoorlog zal beginnen met de strijd om Jeruzalem?

Elke moderne Israëli erkent dat zijn regering zeker ook fouten maakt, en er wordt uit alle lagen van de bevolking kritiek op ‘Bibi‘ (Netanyahu) geuit. Mijn joodse kennissen verzekeren mij dat Israël niet vraagt om een voorkeursbehandeling. Hun verzuchting is: ‘Mag het a.u.b. op gelijke wijze als andere landen beoordeeld worden? Waarom wordt voor ons de lat oneindig hoog gelegd, en voor onze buurlanden helemaal niet?’ Wij in het ‘veilige West-Europa’ kunnen ons echt niet inleven in de situatie van een land dat al sinds 70 jaar in een reële oorlogssituatie leeft, bedreigd aan alle grenzen, en zelfs van binnenuit. Ik ben zelf in dit voorjaar nog tot aan de grens met Syrië geweest en heb de toestand met eigen ogen gezien. Onze joodse gids, trouwens een echte Antwerpse vrouw, die aan het meer van Galilea woont, vertelde over de regelmatige ontploffingen die ze in haar buurt aan de Jordaanse grens hoort. Het is gemakkelijk om vanuit onze luxesituatie en ivoren toren Israël steeds met de vinger te wijzen: als wij constant onder bedreiging zouden leven, zouden wij écht anders handelen om de veiligheid van onze burgers te garanderen?

Moraalridders

Of stel je even voor dat in de Verenigde Naties de Duitse ambassadeur openlijk zou komen verkondigen dat België van de kaart geveegd zou moeten worden: dit is absoluut ondenkbaar, maar tegenover Israël wel dus. De Iraanse president Ahmadinejad deed dit letterlijk en wandelde met opgeheven hoofd naar buiten. Het is zo gemakkelijk om Israël hooghartig met de vinger te wijzen als je niet in haar schoenen staat. Jazeker, Israël heeft bloed aan haar handen, maar hebben niet alle partijen in die regio dat? Onze selectieve verontwaardiging maakt ons niet tot morele helden, eerder tot moraalridders.

Het historisch geheugen van West-Europa is in dit dossier helaas erg kort: 70 jaar geleden ging alle sympathie van de wereld uit naar de ‘underdog’ van het nazisme, de doodgetergde joodse vluchtelingen die in wanhoop een veilige toevlucht zochten in Israël – wie kent het dramatische verhaal van de boot ‘Exodus 1947’ nog? Hoe is deze stemming zo snel kunnen keren, en vooral: heeft Israël dat verdiend? Europa heeft een zeer zware historische schuld tegenover de joden: ons ‘verlichte continent’ is het enige ter wereld waar 1500 jaar lang een duister (= irrationeel!) antisemitisme heeft geregeerd, door kerken en overheden beiden aangewakkerd. Zijn we zo snel om deze schandvlek op onze eigen cultuur te vergeten of te verdringen? En antisemitisme is helaas geen voltooid verleden tijd, integendeel: het komt weer sterker op. In grote delen van de moslimwereld gebeurt het openlijk: je bent ‘cool’ als je het doet. Zelfs negationisme (ontkenning van de holocaust) is een normaal discours onder moslims, ook in onze eigen grote steden.

Israël mág kritisch bekeken worden – dat doen hun eigen mensen ook al uitvoerig -, maar als we het súperkritisch willen bekijken, moeten we dat ook met de tegenpartijen doen.

Te vaak lezen we in media artikels die eerder stemmingmakerij zijn dan objectieve berichtgeving. Het systematisch eenzijdig aanhalen van één kant van het verhaal hoort bij dat eerste. Israël mág kritisch bekeken worden – dat doen hun eigen mensen ook al uitvoerig -, maar als we het súperkritisch willen bekijken, moeten we dat ook met de tegenpartijen doen. Ook de constante oproepen tot boycot van Israëlische producten zijn pijnlijk onrechtvaardig: of zullen we bij elke nieuwe Palestijnse bomaanslag dan ook Palestijnse producten boycotten? Er zijn voor journalisten vanuit dat hoekje van de wereld zelfs vele mooie verhalen te vertellen: waar Joden en Arabieren wél samenwerken, zich verzoenen, in vrede samenleven, elkaar de hand reiken. Op mijn laatste bezoek in februari woonde ik een bespreking bij van Ayoob Kara, een man van druzische afkomst, en staatssecretaris voor regionale ontwikkeling in de Netanyahu-regering. Hij zette zijn plan uiteen om een pijpleiding met drinkbaar water aan te leggen van Eilat tot aan de Dode Zee, om water te voorzien voor de Israëli’s die daar wonen én voor de Palestijnen en zelfs voor de Jordaniërs aan de overkant. Waarom hoor je zulke initiatieven nooit in het nieuws?

Elke agressie tegenover onschuldige mensen is te veroordelen, maar het Midden-Oosten is, algemeen gesproken, een wespennest, waar je nooit voor iedereen goed kan doen: je kan er als buitenstaander niet aan uit wie tegen wie vecht, en waarom, en wie daar ooit mee begonnen is. Als ze het zelf al weten…!

Deze column is echt geen pleidooi dat Israël ‘de goeie’ zijn en de Palestijnen ‘de slechte’: niemand is gebaat bij karikaturen. Maar we kunnen Israël niet veroordelen voor iets wat elke overheid doet of moét doen: haar eigen burgers beschermen. Israël heeft de afgelopen 70 jaren dagelijks moeten véchten voor haar eigen overleven, en de overgrote meerderheid snakt even wanhopig naar die vrede als de Palestijnen. Als westerse media echter steevast de Palestijnen aantrekken en de Joden van zich wegduwen, is dat ook contraproductief voor de vrede: ze verergeren het conflict, en maken het zo ook voor de Palestijnse bevolking nog moeilijker.

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Content