"Ze leren niet alleen plezier te hebben in het water, maar vooral ook om te overleven bij onverwachte situaties", zegt een woordvoerster van het Nationaal Platform Zwembaden NRZ.
De eisen voor de diploma's worden wat strenger. Verder geven de lesprogramma's meer aandacht aan jezelf redden en minder aan 'mooi' zwemmen. Zo wordt de 'startduik' geschrapt en maakt die plaats voor bijvoorbeeld 'achterwaarts in het water vallen', zoals dat in het echt ook zou kunnen gebeuren. Afzwemmen mag alleen nog met lange mouwen en een lange broek, en bij diploma C moet de afzwemmer zelfs met een (dikke) jas aan 'door het gat'.
Veel zwemhandelingen moeten als het ware worden geautomatiseerd. "Als je gaat fietsen in de winter met je dikke jas aan en je belandt ineens in een sloot, moet je jezelf zonder nadenken in veiligheid kunnen brengen", zegt de woordvoerster.
Ze legt uit dat tijdens de zwemlessen onverwachte situaties worden nagebootst, bijvoorbeeld zitten op een bootje dat omslaat in ondoorzichtig water. Daardoor leert een kind zich oriënteren onder water en kan het de zwemtechnieken gebruiken die bij verschillende situaties passen.
Diploma C
Het Nationaal Platform Zwembaden dringt er bij ouders op aan hun kind alle diploma's te laten halen. "De nieuwe norm is dat je diploma C haalt."
Bij diploma A kan een kind uit de voeten in een zwembad zonder attracties, bij B ook in een bad met attracties - zoals waterglijbaan of stroomversnelling - en bij C kan het kind zich redden in zowel zwembaden met attracties als in open water. De zee wordt daarbij niet meegerekend, omdat die te onvoorspelbaar is.
Met de aanscherping van de normen wil de zwembadbranche de zwemveiligheid van de Nederlandse bevolking op een zo hoog mogelijk niveau krijgen om zo het aantal verdrinkingen terug te dringen.