Onderzoekers van de universiteit van Glasgow bekeken 56 eerder gehouden studies uit achttien verschillende landen die het gedrag van grootouders naar hun kleinkinderen toe als onderwerp hadden.
Ze wilden weten in hoeverre grootouders invloed hadden op risicofactoren die de kans op kanker vergroten. Hierbij focusten de onderzoekers op drie onderwerpen: de invloed van oma's en opa's op het eetpatroon en gewicht van de kinderen, de fysieke activiteiten die ze samen ondernamen en in hoeverre de grootouders roken in het bijzijn van hun kleinkinderen.
Op zowel het eetpatroon als het gewicht van de kinderen bleken de grootouders een negatieve invloed te hebben. Volgens de ouders van de kinderen wordt dit veroorzaakt omdat de grootouders zich gedwongen voelen om hun kleinkinderen te verwennen met snacks die veel suiker en/of vet bevatten.
Ook zouden ze vaak niet op de hoogte zijn van de kenmerken van een gezond eetpatroon. De ouders zouden vaak niets hiervan durven zeggen, omdat ze bijvoorbeeld afhankelijk zijn van de oppashulp die zij van hun eigen ouders krijgen.
Roken en bewegen
Uit meerdere onderzoeken blijkt ook dat grootouders weleens roken in het bijzijn van hun kleinkinderen, ook wanneer hen gevraagd is dit niet te doen. Volgens hoofdonderzoeker Stephanie Chambers zouden ouders het lastig vinden om dit onderwerp ter sprake te brengen.
Ook blijkt uit de meta-analyse dat kinderen vaak te weinig bewegen wanneer zij worden verzorgd door hun opa en/of oma, al komt deze conclusie uit minder onderzoeken naar voren dan de invloed van grootouders op het gewicht van de kinderen.
De resultaten van het onderzoek zijn gepubliceerd in het wetenschappelijke tijdschrift PLOS One Journal.