Pijpbom ontdekt in Noord-Ierland, net voor herdenking

Archiefbeeld van politieoptreden na een explosie in 2011 in Omagh © BELGAIMAGE

In het Noord-Ierse Omagh is zondag een pijpbom gevonden in de buurt van de plek waar een herdenking plaatsvond van de Eerste Wereldoorlog.

Dat zegt de politie, die vermoedt dat Republikeinse militanten het explosief hebben achtergelaten om de herdenking te verstoren.

‘Het kleine maar potentieel gevaarlijke explosief werd achtergelaten om een zo groot mogelijke verstoring te veroorzaken voor de herdenkingen van zondag’, zei commissaris George Hamilton. Hij beschreef het incident als ‘misselijkmakend en ontstellend’.

Hamilton benadrukt dat het onderzoek nog in een erg vroege fase zit, maar dat de politie ervan uitgaat dat ‘gewelddadige dissidente Republikeinen’ het explosief hebben achtergelaten.

‘Hun daden vandaag tonen hun minachting en gebrek aan respect voor onze gemeenschap, die al zoveel geleden heeft door toedoen van terroristen’, aldus nog Hamilton.

De commissaris verwijst daarmee naar de bomaanslag in Omagh op 15 augustus 1998. De Real Irish Republican Army (RIRA) – een splintergroep van de IRA – bracht daarbij een auto gevuld met 230 kilogram aan explosieven tot ontploffing. Onder de slachtoffers waren verscheidene kinderen en een vrouw die zwanger was van een tweeling, wat het totaal aantal doden eigenlijk op 31 brengt. Na de aanslag excuseerde RIRA zich en kondigde het op 8 september een staakt-het-vuren aan.

Partner Content