Amerikaanse basketballers mijden hotels Trump uit protest
De beste basketballers van Amerika mijden dit seizoen de hotels van Donald Trump uit protest tegen de president. Elf van de twaalf NBA-ploegen die bij uitduels weleens sliepen in zijn hotels - ruim eenderde van de competitie - zeiden tegen The Washington Post dat zij vanaf komende nacht ergens anders slapen.
Dan begint het nieuwe NBA-seizoen. Regerend kampioen Golden State Warriors is een van de ploegen die geen kamers meer in Trump-hotels reserveren. Coach Steve Kerr had in de krant weinig woorden nodig om dat besluit te onderbouwen: 'Trump beledigt mensen en dus willen die mensen niet meer in zijn hotels overnachten. Het is behoorlijk simpel.'
Het was een uitleg die paste bij de mondigste sportcompetitie van de VS, in een tijd waarin sport in Amerika nog nooit zo politiek was.
Eervol
Vorige maand ruziede Warriors-sterspeler Stephen Curry nog met Trump toen hij zei te twijfelen over het traditionele bezoek van de NBA-kampioen aan het Witte Huis. Trump trok meteen de uitnodiging in, 'omdat het bezoeken van het Witte Huis een eer is'. Collega-vedette LeBron James viel Curry bij door naar Trump te twitteren dat het Witte Huis-bezoek eervol was 'tot jij kwam opdagen'.
De geschiedenis van de NBA zit vol met uitgesproken topbasketballers als Curry en James. Neem Bill Russell, de Afro-Amerikaan die in de jaren vijftig uitgroeide tot een superster bij de Celtics in het door racisme geteisterde Boston. Of Kareem Abdul-Jabbar, tijdens zijn basketbalcarrière voorvechter van moslimacceptatie.
Dus was het eind 2014 niet verrassend dat NBA-spelers zich nadrukkelijk lieten horen in de discussie over politiegeweld tegen zwarte Amerikaanse burgers. LeBron James was een van de basketballers die tijdens warming-ups een 'I Can't Breathe'-T-shirt droeg, refererend aan de laatste woorden van Eric Garner, de man uit New York die eerder dat jaar was omgekomen door excessief politiegeweld.
Rommel
Basketbalicoon Michael Jordan (54) verheugt zich niet op het NBA-seizoen dat vandaag start. Volgens hem bevat de competitie twee geweldige ploegen. 'Maar de overige 28 zijn rommel', zei de man die Chicago Bulls naar zes titels leidde vorige week in een zeldzaam interview tegen het Amerikaanse sigarenmagazine Cigar Aficionado.
Zonder de clubs bij naam te noemen, doelde Jordan op Golden State Warriors en Cleveland Cavaliers, de twee clubs die de afgelopen drie jaar tegenover elkaar stonden in de NBA-finale. Met name de Warriors braken aan de hand van sterspeler Stephen Curry de afgelopen jaren zo'n beetje ieder winst- en scorerecord in de competitie.
Obama
James kreeg bij zijn stille protest bijval van toenmalig president Obama: 'Lang leefden goedbetaalde sporters vooral volgens de notie: blijf stil, krijg je geld en val vooral niet op. LeBron laat op een respectvolle, eigen manier zien dat hij actief deel uitmaakt van deze samenleving. Ik zie dat graag meer sporters doen. Niet alleen rond dit thema, maar rond meerdere', zei de president.
Obama's opvolger Donald Trump heeft drie jaar later een compleet andere kijk op uitgesproken sporters. Als presidentskandidaat ageerde hij al tegen Colin Kaepernick, de American footballspeler die vorig jaar begon met protesteren tegen de raciale ongelijkheid in de VS door te knielen tijdens het volkslied. Kaepernick kreeg steeds meer steun tijdens zijn protest.
Trump reageerde op zijn beurt steeds feller op sympathiserende acties. Hij zag bij de spelers een gebrek aan vaderlandsliefde en vond dat ze ontslagen moesten worden. Het lokte vorige maand een zeldzame reactie uit van American footballcompetitie NFL, de rijkste en populairste sportcompetitie van het land die traditioneel het liefst zo ver mogelijk wegblijft van politiek om fans niet af te stoten.
Knielen tijdens het volkslied
NFL-baas Roger Goodell verweet Trump in september een 'gebrek aan respect' voor zijn sport en spelers. Die botsing echoot nog altijd na. Vicepresident Mike Pence liep vorige week demonstratief weg bij een wedstrijd van NFL-club Indianapolis Colts toen spelers knielden tijdens het volkslied.
Het nieuwe NFL-seizoen, dat vorige maand begon, wordt vooralsnog overschaduwd door de clash tussen sport en politiek. In de eerste vijf weken van het seizoen lag het gemiddeld aantal tv-kijkers liefst 18 procent lager dan vorig jaar. De clubeigenaren in de competitie krijgen het inmiddels benauwd. Eigenaar Jerry Jones van Dallas Cowboys knielde drie weken geleden bij een wedstrijd kort voor het volkslied nog samen met zijn spelers symbolisch op het veld om eendracht uit te stralen.
Tot genoegen van Trump eiste hij vorige week van diezelfde spelers dat ze zouden staan tijdens het volkslied, anders kwamen ze op de bank terecht. Volgens The New York Times staat de NFL inmiddels in de toptien van merken die Amerikanen het meest verdelen.
Twitter bericht wordt geladen...
Basketbalcompetitie NBA wil koste wat het koste een notering in die ranglijst voorkomen. De competitie stuurde eind september alvast een memo naar alle teams waarin werd benadrukt dat de spelers volgens de competitieregels moeten staan tijdens het volkslied. Als alternatief stelde de NBA onder meer voor een videoboodschap af te spelen voor wedstrijden waarin teams 'over problemen spreken die ze aan het hart gaan'.
Het is de vraag of de mondige NBA-spelers daarmee genoegen nemen. Ze hoeven zich komende nacht in ieder geval niet meer uit te spreken over het merk dat de Amerikanen volgens The New York Times het meest verdeelt: Trump Hotels.