Direct naar artikelinhoud
Discriminatie

Onbewust racisme kun je stoppen

Dit beeld van een zwarte, naakte vrouw staat al jaren in de Keukenhof, maar is nu bestempeld als seksistisch en racistisch.

Racisme zit in de mens verankerd, of het nu om witte mensen of Chinezen gaat. Maar dat is niet erg, betoogt filosoof Jan Verplaetse, want je hoeft er niet naar te handelen.

Het besluit van RTL om Zwarte Piet te vervangen door Schoorsteenpiet heeft het debat over racisme onmiddellijk weer doen oplaaien. Dat debat gaat veel verder dan de vraag of de knecht van Sinterklaas zwart moet zijn of juist niet. Vroeg in de zomer ontstond discussie over een beeld in de Keukenhof van een zwarte, naakte vrouw. Het beeld was er al jaren, maar werd nu bestempeld als seksistisch en racistisch. Korte tijd later werd de Efteling even middelpunt van het racismedebat. In het park staat Monsieur Cannibale: zwart, zijn lippen zijn dik en roze, hij heeft een koksmuts op en kijkt je onnozel aan.

Volgens de actiegroep 'Stop Oppressive Stereotypes' houdt de Efteling met het beeld racisme in stand. Nog weer iets later concentreerde het debat zich op een kerklied van dichter Willem Barnard. In het in 2013 verschenen Liedboek was het lied 'Jeruzalem, mijn vaderstad' opgenomen, met daarin een strofe over 'de negers met hun loftrompet'. Het lied zou moeten worden geschrapt, vond de een. Onzin, betoogde de ander: er is niks racistisch aan.

Jan Verplaetse
Verplaetse (1969) is moraalfilosoof, doceert aan de Gentse universiteit en onderzoekt de biologische en neurologische wortels van (im)moreel gedrag.

Om het racismedebat beter te begrijpen kan het helpen een onderzoek uit The Journal of Neuroscience erbij te pakken, zegt filosoof Jan Verplaetse. Dat onderzoek richtte zich op de manier waarop mensen zich kunnen inleven in andere mensen die pijn lijden. Verplaetse: "Men liet witte mensen kijken naar Chinezen die pijn lijden. En andersom. En witte mensen naar witte mensen en Chinezen naar Chinezen. Het filmpje dat ze te zien kregen, loog er niet om: bij de ene groep boorde een medische spuit zich door de wang van een ander. De proefpersonen kregen de vraag: wie lijdt er meer? Uitkomst: de witte mensen dachten dat de Chinezen evenveel pijn leden als hun eigen groep. Andersom idem dito. Die uitkomst was verkregen op basis van antwoorden op vragenformulieren.

"Maar bestudeerden de onderzoekers hersendelen die sterk betrokken zijn bij pijn dan stuitten zij op heel andere resultaten, vertelt Verplaetse. "Keken witte mensen naar Chinezen dan bleken die hersengebieden veel minder actief dan wanneer witte mensen naar hun eigen groep keken. En de hersengebieden van de Chinezen die naar witte mensen keken, vertoonden ook minder activiteit dan wanneer Chinezen naar landgenoten keken."

Conclusie?
"Enerzijds maakt deze studie duidelijk dat we neurologisch gezien verschil maken, we denken in categorieën, in huidskleur, gelaatsuitdrukking of andere raciale kenmerken.

"We hebben een onbewuste neiging tot racisme?"
Ja. Maar anderzijds zijn we gelukkig in staat de gevolgen van deze oordelen in ons gedrag bij te stellen, in overeenstemming te brengen met wat politiek, ethisch, moreel correct is. We bezitten kennelijk mogelijkheden om racistische neigingen te corrigeren. Dat is een belangrijke constatering, omdat naar mijn idee daar een rol voor de cultuur is weggelegd. Dat je onbewust discrimineert, betekent niet dat je daar ook naar moet handelen."

Als je de cultuur een grote rol toedicht, moet je dan beelden als Zwarte Piet, Monsieur Cannibale, en het beeld van de Afrikaanse vrouw in de Keukenhof niet uit de openbare ruimte verwijderen?"

Ik vraag me af of je moet bruuskeren. Je zou ook kunnen zeggen: laat deze beelden nog maar even bestaan. Ze maken duidelijk dat diep in ons racisme voorkomt. Het ideaal is dat diepe racisme weg te gommen. Niet uit de geschiedenis, je moet ervoor zorgen dat levende mensen zo weinig mogelijk nadeel ondervinden van dit onbewust aanwezige racisme.

"Wie bruuskeert er dan nu?"
Als je op een bijna fanatieke manier Zwarte Piet niet meer toestaat zwart te zijn wordt de discussie geforceerd. Bij het nemen van zulke maatregelen moet je een breed draagvlak hebben. Zo niet, dan ontstaan er non-discussies die voor polarisatie in de samenleving zorgen.

"Ik vraag me ook af wat het nadeel is van historisch racisme. Ik denk dat er geen aanwijsbare schade door ontstaat. Als dat zo is, welk belang kan iemand dan hebben bij het aansturen op een verbod of verwijderen van dit soort cultureel racisme? Het gevaar van een gedachtepolitie die racistische, vrouwonvriendelijke, homo-onvriendelijke uitlatingen of beelden opspoort en verbiedt is niet veraf. Niet alleen weten we nu al dat dit niet werkt, bovendien is het ongrondwettig. Burgers mogen deze immorele opvattingen hebben en tot zekere hoogte ook uitdragen. Er wordt een grens getrokken tussen gedachte en expressie enerzijds en schadelijk handelen in de publieke ruimte anderzijds."

Gepraktiseerde discriminatie aanpakken is beter dan beelden uit de geschiedenis uit het straatbeeld laten halen

Is die grens te trekken?

"Die is uiteraard niet altijd helder. Maar neem je die grens, en de discussies erover, weg, dan ontstaat een plicht tot orthodoxie waar ik fundamenteel tegen ben. Het gaat niet om Zwarte Piet, maar om discriminatie waar burgers daadwerkelijk onder lijden.

"Wat voor maatregelen moet je dan daartegen nemen?"
De overheid speelt een rol bij de corrigerende werking van de cultuur. In België vinden felle discussies plaats over zogenaamde 'praktijktesten'. Bijvoorbeeld in de woningmarkt, waar de overheid er op moet toezien dat de burger niet de gelegenheid krijgt om op een verborgen manier te discrimineren. Bij de verhuur van woningen zou de overheid in de toekomst via deze 'praktijktesten' kunnen controleren of er gediscrimineerd wordt, door naar de verhuurder op te bellen onder de naam van Ali of Mohammed, en onder de naam van Henk of Jan. Als blijkt dat de woning bij Ali reeds verhuurd is, maar bij Henk niet, zou men vervolgens stappen kunnen ondernemen.

"Ik ben voorstander van invoering van deze testen. Iedereen zal een eigenaardig gevoel hebben als hij merkt dat niet Jan of Henk zijn buurman wordt, maar Ali of Mohammed. Dat zorgt nog steeds voor een onwennigheid en een vreemdheid die wordt aangestuurd door onbewust racisme. Maar dit blijkt te corrigeren. Daarom pleit ik voor een sterke rol van de overheid, om gepraktiseerde discriminatie aan te pakken, niet om beelden uit de geschiedenis uit het straatbeeld te doen verdwijnen."

Jan Verplaetse

Verplaetse (1969) is moraalfilosoof, doceert aan de Gentse universiteit, en onderzoekt de biologische en neurologische wortels van (im)moreel gedrag.