'Filmpje pakken' steeds vaker aan de rand van de stad, buiten het centrum
Steeds meer grote bioscopen openen de deuren aan de rand van Nederlandse steden. Dat stuit op weerstand van ondernemers in de binnensteden.
Blockbusterpaleizen worden ze genoemd. Heel grote bioscopen aan de rand van de stad met duizenden stoelen en restaurants erin, waar mensen vooral afkomen op kaskrakers - blockbusters in het Engels. In steden als Amsterdam, Den Haag en Breda zijn ze al te vinden. Volgende week opent er weer één in Schiedam, makkelijk bereikbaar want het complex ligt direct langs de A20. Ook in andere steden zullen de komende tijd van dit soort filmpaleizen verrijzen.
Vooral de grote bioscopen in de centra van grote steden gaan daar steeds meer last van krijgen, zegt Peter van der Aalst, docent leisure- en eventmanagement aan de NHTV-hogeschool in Breda. "Bij een grote bioscoop in het midden van de stad moet je parkeergeld betalen. Ik kan me voorstellen dat met name dat segment het gaat voelen."
Horeca-ondernemers zijn evenmin blij met de blockbusterpaleizen. Zij vrezen minder bezoekers. Want een biertje in het centrum drinken na de film is er niet bij als je helemaal vanaf de rand van de stad moet komen.
Daarom staan gemeenten niet direct te springen om nieuwe megabioscopen aan de stadsgrenzen te laten bouwen. Zo was er in Den Haag discussie over de komst van de megabioscoop. Ook in Arnhem is de gemeenteraad nu verdeeld over de komst van zo'n complex.
Van der Aalst snapt de kritiek van ondernemers goed. "Het is precies dezelfde discussie zoals bij de grote winkelcentra en outlets." Aan de ene kant betekent het nieuwe economische bedrijvigheid, aan de andere kant is het maar de vraag in hoeverre het ten koste gaat van de bestaande bioscopen en horeca.
