Dat stellen onderzoekers van de universiteit Yale, die nep- en echt nieuws voorlegden aan ruim vijfduizend Amerikanen.
Sinds dit jaar werkt Facebook samen met nieuwsorganisaties in verschillende landen, waaronder NU.nl in Nederland, om nepnieuws op de site te voorzien van een speciaal label. Als meerdere factcheckers besluiten dat een artikel niet klopt, wordt die conclusie op Facebook getoond en wordt een artikel minder prominent in de nieuwsfeed geplaatst.
Als bij een artikel staat dat factcheckers fouten hebben gevonden, zorgt dat er wel voor dat mensen die artikelen als iets minder betrouwbaar inschatten, blijkt uit het onderzoek. Het verschil is echter klein (minder dan 4 procentpunt). Zo'n 15 procent van de mensen blijft ook nepnieuws met een label vertrouwen.
Bovendien is er ook een averechts effect: nepnieuws dat nog niet als zodanig is aangemerkt, bijvoorbeeld omdat het nog niet bij factcheckers terecht is gekomen, wordt door Facebook-gebruikers van onder de 26 jaar oud en door aanhangers van president Donald Trump juist vaker gezien als correcte informatie. Daarom heeft de nepnieuwscontrole geen "netto-voordeel" voor het vertrouwen in correct nieuws, zegt onderzoeker David Rand tegen Politico.
De paper van Rand en mede-auteur Gordon Pennycook is nog niet door andere wetenschappers gecontroleerd en in een tijdschrift gepubliceerd, maar staat al wel online.
Verspreiding
Als factcheckers een nepnieuwsartikel op Facebook als zodanig aanmerken, is het vooral belangrijk dat de verspreiding ervan via de nieuwsfeed wordt beperkt, zegt NU.nl-hoofdredacteur Gert-Jaap Hoekman. In hun studie houden de onderzoekers geen rekening met het lagere bereik van nepnieuws met een label.
Hoekman vindt dat Facebook de mogelijkheid om nepnieuws te melden duidelijker onder de aandacht zou moeten brengen. Hij denkt dat veel Facebook-gebruikers nu nog niet weten dat ze een melding kunnen maken van nepnieuws, zodat factcheckers een controle kunnen uitvoeren.
Methode
Een woordvoerder van Facebook zegt tegen Politico dat de onderzoeksmethode van de wetenschappers ontoereikend is. Ze voerden hun onderzoek uit met een vragenlijst, en niet op Facebook zelf. Bovendien doet Facebook meer tegen nepnieuws dan alleen labels op artikelen plakken, zoals het blokkeren van advertenties op nepnieuwssites. Daardoor is het moeilijker om geld te verdienen aan nepnieuws.
Facebook zegt dat zijn nepnieuws-aanpak werkt, maar levert geen cijfers om dat te bewijzen. Factcheckers zelf kunnen in een speciaal dashboard van Facebook zien welke (nep-)nieuwsverhalen relatief populair zijn, maar zien geen specifieke cijfers over de verspreiding hiervan.