Beitar Jeruzalem krijgt anti-racismeprijs
De controversiële voetbalclub die bekend staat om de extreem-rechtse elementen onder zijn fans, werd geprezen door president Rivlin, een trouwe supporter van de club. Dit bericht de Times of Israël.
Beitar-fans zijn berucht om hun anti-Arabische leuzen – waaronder ‘dood aan de Arabieren’ en extreem-rechtse hooligans, die na de moord op Jitschak Rabin in 1995 leuzen schreeuwden waarin zij hun steun aan de moordenaar, Jigal Amir, betuigden. De meest extreme fans zijn lid van de extreem-rechtse supportersgroep La Familia. Vorig jaar werden negentien leden van die groep vervolgd wegens poging tot moord, onder andere op supporters van andere clubs.
De voetbalclub kreeg afgelopen maandag een anti-racismeprijs van Rivlin nadat hun gedrag beter werd. De club, die vorig jaar derde werd in de eredivisie van Israël, kreeg hiermee erkenning voor zijn jeugdwerk en het oprichten van een forum dat zich bezighoudt met racisme en opruiing.
“Ik hoop dat Beitar doorgaat op de juiste weg en dat jullie succes een positieve invloed zal hebben op het publiek,” zei Rivlin.
Beitar is de enige club in Israël die nog nooit een Arabische moslim als voetballer heeft gehad. In 2013 werd een deel van de supporters van Beitar zo kwaad op het tekenen van contracten met twee islamitische voetballers uit Tsjetsjenië, dat de club bodyguards moest inhuren om hen te beschermen.
Maar Uri Levy van de in Jeruzalem opererende voetbal-website Babagol vertelde het persbureau dat de fans vooruitgang hadden geboekt in het verbeteren van Beitar’s anti-Arabische reputatie. Hij zei dat de club het aantal racistische leuzen dat tijdens wedstrijden wordt geroepen ‘aanzienlijk’ heeft verminderd na een reeks boetes. “Maar als je naar de internationale reputatie van de club kijkt, klinkt het natuurlijk raar dat deze een anti-racismeprijs krijgt,” zei Levy. “Maar het is waar dat de fans in het afgelopen jaar veel werk hebben gedaan en gestreefd hebben naar verandering.”
