Direct naar artikelinhoud

'Vrouwen leren vaak juist om zich bescheiden en flexibel op te stellen'

'Vrouwen leren vaak juist om zich bescheiden en flexibel op te stellen'
Beeld Hollandse Hoogte / Patrick Post

Minder geld voor hetzelfde werk. Hoe komt dat en wat is eraan te doen? Frank Ankersmit en Marli Huijer spraken er deze week over.

Dat mannen en vrouwen nog steeds geen gelijke salarissen ontvangen, werd vorige week weer pijnlijk duidelijk toen de BBC zijn cijfers publiceerde. Bij de Britse omroep is twee derde van de veelverdieners man, en mannen krijgen vaak voor dezelfde functie een hoger loon dan vrouwen. Veertig BBC-vrouwen eisen nu in een open brief verandering. Hoe komt het toch dat mannen en vrouwen nog steeds niet evenveel verdienen? Waarin zit de hardnekkigheid van het mechanisme van ongelijke salarissen?

Marli Huijer, hoogleraar filosofie aan de Erasmus Universiteit Rotterdam: "Vrouwen spelen het spel tijdens de salarisonderhandelingen minder hard dan mannen. Dat is een van de fassertimeest bepalende redenen voor deze loonkloof, als gecorrigeerd is voor zaken als opleidingsniveau en werkervaring. Als je ergens bent aangenomen, moet je om een goed salaris binnen te slepen een super-assertieve, volhardende houding aannemen. Dat zijn eigenschappen die we over het algemeen niet aan vrouwen toedichten. Niet omdat zij dat niet kunnen zijn, maar omdat zij dat in de opvoeding - in tegenstelling tot mannen - niet vanzelfsprekend meekrijgen. Vrouwen leren vaak juist om zich bescheiden en flexibel op te stellen, wat je terugziet op de salarisstrookjes. Het probleem van ongelijke salarissen is daarmee terug te leiden naar allerlei etiketten en verwachtingen die wij vanaf de geboorte al op kinderen plakken."

Assertiviteit is nu eerder een kwestie van genen en persoonlijkheid

Emancipatie

Frank Ankersmit, emeritus-hoogleraar intellectuele geschiedenis aan de Rijksuniversiteit Groningen: "Ik geloof niet dat vrouwen nog cultureel geprogrammeerd zijn om minder assertief te zijn dan mannen. De emancipatie in de maatschappelijke orde is denk ik wel zo'n beetje afgerond. Zowel bij mannen als vrouwen is assertiviteit nu eerder een kwestie van genen en persoonlijkheid, dan van wat maatschappelijk wel en niet de norm is. Ik denk niet dat deze kwestie een rol speelt bij de loonkloof. Dat die nog steeds bestaat, is het na-ijlen van de ongelijkheid uit de tijd dat de man de kostwinner was en de vrouw achter het aanrecht stond. Maar die tijden zijn nu allang voorbij. Dus het valt misschien te verklaren, maar zeker niet te rechtvaardigen dat mannen en vrouwen nog lang niet overal hetzelfde verdienen voor hetzelfde werk."

Huijer: "De emancipatie is afgerond? Vergeleken met twee generaties geleden zijn er grote stappen gezet, maar we zijn er zeker nog niet. Als je salaris ziet als waardering voor je werk, en vrouwen krijgen structureel minder betaald, dan krijgt hun bijdrage aan de maatschappij simpelweg nog steeds niet dezelfde waardering als die van mannen. Precies daarom is het belangrijk dit thema als urgent te blijven zien. En niet als een uitgekauwd probleem waarmee we ons niet meer mee bezig hoeven te houden, omdat de ongelijkheid tussen man en vrouw afneemt."

Gelijkheids- en verschildenken

Ankersmit: "Mannen en vrouwen accepteren elkaar tegenwoordig meestal als gelijke in de maatschappij, heb ik het idee. Wanneer dat in de salarissen nog niet terug te zien is, dan ligt dat aan het feit dat werkgevers nog steeds proberen om die erfenis van verleden ten nadele van vrouwen uit te buiten, met het oog op de eigen winst. De oorzaak van dit probleem ligt dan niet in een ongelijke waardering van vrouwen en mannen in de maatschappij. Die ligt in de neiging van sommige werkgevers om werknemers niet als stakeholders, maar als simpele productiemiddelen te zien in hun bedrijf. Kortom, in het neoliberalisme. Daarmee keren we terug naar de negentiende eeuw. Hoe het mechanisme van ongelijke salarissen te doorbreken is erg lastig. Het lijkt me een taak van de psychologie om te onderzoeken: hoe kun je je als vrouw het beste opstellen tijdens onderhandelingen om er het maximale voor jezelf uit te halen?"

Vrouwen leren vaak juist om zich bescheiden en flexibel op te stellen

Huijer: "Dit gelijkheidsdenken is in lijn met dat van klassiek-liberale feministen als filosofen Mary Wollstonecraft en Harriet Taylor Mill. Mannen en vrouwen moet daarbij binnen het bestaande systeem gelijk zijn en als dat niet het geval is, voor zichzelf opkomen. Het risico daarbij is dat de eigenschappen die van oudsher als mannelijk worden gezien de norm worden, omdat die het beste blijken te werken. Het gevolg: zogenoemde vrouwelijke eigenschappen raken buiten perspectief. Als bijvoorbeeld blijkt dat haantjesgedrag het beste werkt bij salarisonderhandelingen, moet je in mijn ogen niet zeggen: alle vrouwen moeten zich dan maar als haantjes gaan gedragen. Je zou juist moeten kijken of wij de wijze waarop vrouwen op dit moment onderhandelen kunnen waarderen. Daarbij is het belangrijk te onthouden dat 'De Vrouw' niet bestaat. Daarom bepleit ik een combinatie van gelijkheidsdenken met verschildenken. Gebruik het gelijkheidsdenken om discriminatie tussen man en vrouw aan te kaarten. Maar verlies als het om de verandering gaat de verschillen tussen mannen en vrouwen én tussen vrouwen onderling niet uit het oog. Je kunt de salarissen van de BBC-mannen ook gelijktrekken aan die van de vrouwen, in plaats van andersom. Dat voorkomt dat de BBC-presentatrice exorbitant veel meer verdient dan de schoonmaakster die 's nachts de disco dweilt. Er is een groot verschil in de mogelijkheden en wensen die vrouwen hebben. Juist waardering daarvan is wat uiteindelijk van belang is, zodat er gelijkheid kan ontstaan waarin ruimte is voor verschillende posities."

Ankersmit: "Eerst generaliserend kijken om vervolgens verschillen aan te brengen, raakt niet het kernpunt van dit probleem. Erger nog, dan schep je ruimte voor het gevaar dat je toch weer terugkeert bij een ongelijke salariëring van mannen en vrouwen. Als het probleem is dat mannen en vrouwen die hetzelfde werk beoefenen niet op dezelfde manier beloond worden, doen de verschillen er juist niet toe."

In het Filosofisch Elftal analyseren twee denkers een actuele vraag.