Direct naar artikelinhoud
interview

'Je bent nergens zo ver van de samenleving verwijderd als in de Tweede Kamer'

Samira BouchibtiBeeld Judith Jockel

Een politieke carrière gaat vaak van lokaal naar nationaal - van raadslid naar Kamerlid. Maar andersom kan óók. Trouw brengt verhalen van politici die liever plaatselijk werken. Vandaag de aftrap met Samira Bouchibti, VVD-gemeenteraadslid in Amsterdam.

De moeder van Samira Bouchibti woont in Haarlem, maar is een dagje in Amsterdam. Vlak voor het interview gaat ze naar de Dappermarkt. Het moet van Samira. "Ik zeg tegen mijn moeder: Ga! Ga naar buiten, praat Nederlands, ga met mensen kletsen op de markt." Het 'Ga!' tegen haar moeder blijkt de levensfilosofie van Bouchitbi. Het drijft haar in alles: in de reden waarom ze de PvdA gedag zei, in de manier waarop ze de VVD omarmde, de manier waarop ze moeder werd en waarop ze werkt. 'Ga!' zegt ze tegen zichzelf. 'Ga!' tegen anderen. Hup, uit je cocon, de wijde wereld in.

"Zeven jaar geleden vertrok ik uit de Tweede Kamer. Ik was bijna vier jaar eerder door de PvdA gevraagd om me kandidaat te stellen. Dat ik op dat verzoek zou ingaan leek me eigenlijk vanzelfsprekend: zo kon ik mijn idealen in praktijk brengen, in plaats van als opiniemaker langs de zijlijn te roepen."

"Maar de partij was gaan schuren. Ik ontwikkelde weerzin tegen het slachtofferdenken bij de PvdA, tegen het pamperen van de zwakkeren. Dat is niet de manier, dacht ik steeds. Dit is niet waar de samenleving om vraagt."

"Je kunt tegenwerpen: had je maar het partijprogramma moeten lezen. Dat is waar. Maar ik denk dat het zaadje van mijn eigen politieke denken in die eerste anderhalf jaar van dat Kamerlidmaatschap is geplant, dat ik toen pas ben gaan denken: zo moet het niet. Ik ben in die tijd gaan ervaren dat de PvdA mensen betuttelt. Ik wil niet bij voorbaat al aan mensen vragen: 'Wat heb je nodig?'"

Ik ontwikkelde weerzin tegen het slachtofferdenken bij de PvdA, tegen het pamperen van de zwakkeren
Samira Bouchibti

"Ik heb van huis uit niet een bepaalde politieke visie meegekregen. We waren geen socialisten of liberalen. We waren gastarbeiders. Ik kwam hier op mijn tweede en heb - met mijn ouders en mijn zes broers en zussen - lang geloofd dat we weer terug zouden gaan. De koffers stonden bij wijze van spreken altijd in de gang. Dat idee: een voorbijganger te zijn, een passant, doet iets met iemand. Dan hoef je niet aan de samenleving deel te nemen."

"Ik wil ouders nu duidelijk maken wat dat met kinderen doet. Ik wil ze uit hun huizen halen, zeggen dat ze mee moeten doen. 'Ga!', zeg ik tegen moeders op de scholen, als ik kom praten over ouderbetrokkenheid. Kom bij die satellietschotel vandaan, zoek eens een ander op dan altijd maar iemand je eigen groep."

"Ik zie het in de benadering van ouders. Het ergert me als de school zegt: wilt u alstublieft komen? Nee, de toon moet zijn: u bent verantwoordelijk voor uw kind, wat is uw bijdrage aan deze school? Maak meteen duidelijk: deze school is van u, kom meepraten, kom meedenken."

"Of een ander voorbeeld: migrantenvrouwen. Dat zijn heel krachtige vrouwen: dat weet ik en dat zie ik. Zij willen een voorbeeld zijn voor hun kinderen, dus benader ze nou niet alsof het slachtoffers zijn, klop ze niet bij het minste of geringste op hun schouders van goh, wat heb je dat fantastisch gedaan. Nee, het is vanzelfsprekend. Net als ieder ander willen zij iets zijn en willen ze dat hun kinderen iemand worden."

"Ik ken het van nabij. Toen ik veertien was, scheidde mijn moeder van mijn vader. Ze werd afhankelijk van een bijstandsuitkering. Dat heeft ze niet fijn gevonden. Ze was dankbaar, maar liever had ze voor zichzelf gezorgd. Maar in die tijd had ze zelf geen idee hoe dat zou moeten en was er niemand die haar de weg wees. 'Zorg dat je nooit afhankelijk wordt', heeft ze ons, zeven kinderen, altijd voorgehouden als een mantra. Die achtergrond heeft me gevormd. De uitkering heeft mijn moeder klein gehouden, zo heb ik dat gevoeld."

"Daar, in de PvdA-fractie in de Tweede Kamer, zei ik het niet. Als je nieuw in de Kamer bent, dan ben je in een grote fractie sowieso een backbencher, het is al helemaal niet de bedoeling dat je een ander onderwerp aanroert dan dat wat er in je portefeuille zit. Mijn onderwerp was jeugdzorg. Daar heb ik me toen in begraven. Ik heb iedere instelling, iedere jeugdgevangenis van binnen gezien."

Uitmaken

"Na afloop, toen het vierde kabinet-Balkenende was gevallen, ben ik me gaan bezinnen. Ik heb mijn partijlidmaatschap opgezegd en heb een jaar nagedacht. Het was als met een relatie, het uitmaken. Langzaam ben ik me gaan oriënteren op de VVD. 'Vrijheid en verantwoordelijkheid', twee van mijn lijfwoorden. Het duurde een jaar, maar toen ben ik lid geworden. En toen dacht ik: nou, en nu?

"De afloop is bekend: nu zit ik in de gemeenteraad van Amsterdam, de mooiste stad van het land. Maar dat lijkt eenvoudiger dan het was. Een aantal dingen kwam rond die tijd samen. Ik werd in 2012 moeder. Ik besloot pas laat een kind te krijgen - op mijn 42ste. Voor die tijd had ik nooit de juiste man getroffen, toen wel. Nu wil ik het ook voluit meemaken. De landelijke politiek hoefde van mij niet meer zo. Mijn wereld is klein en zo is mijn politieke wereld dat ook."

"Achteraf heb ik het idee dat je nergens zo ver van de samenleving bent verwijderd als in de Tweede Kamer. Het mooie van het raadslidmaatschap is: je kunt hier bij wijze van spreken tussen twee raadsvergaderingen iets veranderen. Je staat echt midden in de maatschappij. Als ik op de school van mijn dochter ben, vraag ik me af: kunnen ouders ook buiten schooltijd gebruik maken van de gymzaal? En als dat niet kan: waarom niet? Waarom zou ik met een groep ouders daar niet op zondagmiddag een lesje kunnen volgen of les kunnen krijgen? Zo ben ik bezig."

Het mooie van het raadslidmaatschap is: je kunt hier bij wijze van spreken tussen twee raadsvergaderingen iets veranderen.

"In de politiek ligt mijn focus op integratie, onderwijs en de arbeidsmarkt. Voor mijn werk ben ik op dit moment bezig met ouderbetrokkenheid. Ik zeg steeds: weg uit de moskee, meedoen, ook bij die sportclub en de school van je kinderen. Ga de kinderen niet alleen brengen, doe ook mee."

"De schouders eronder, dat is essentieel. Als je echt niet kan, is het wat anders. Mijn broer is psychiatrisch, voor hem moet er hulp en zorg zijn. Trouwens: hij kookt nota bene ook nog voor andere patiënten. Het vangnet van onze Nederlandse samenleving is heel erg fijn voor mensen die het hard nodig hebben."

"Als je uit de migrantengemeenschap komt, kijk je er misschien anders naar. Ik zie behalve slachtofferdenkers een bloeiende gemeenschap die echt klaarstaat om de markt te bestormen, op welke manier dan ook. Kijk om je heen, bij de Blokker, bij de Action, bij Shell. Allemaal jonge mensen met dromen. Anderen moeten ook leren geloven dat het kan."

"Natuurlijk is er discriminatie. Ik weet dat als geen ander. Ik kreeg een te laag schooladvies, heb wel vier keer overnieuw moeten beginnen. Mavo, avondschool. Dat moet, het is niet anders. Maar ik voel heel sterk dat dit mijn land is, dat ik moet mede-opbouwen voor mijn dochter, voor mijn eigen oude dag. Ik wil graag hier ouder worden. Dat besef moeten meer mensen hebben."

"Ik ben heel gelukkig met mijn keus voor de lokale politiek. In de politiek van Den Haag word je als het ware begraven. Lokaal kom je bij de bakker, praat je met de juffrouw. Ik ben nooit eerder zo dicht bij politiek geweest als nu. Daarom is lokale politiek echt heel anders. Ik ben er fulltime mee bezig, al heb ik ook gewoon nog een baan."

"Voor mijn werk ben ik adviseur radicalisering, onderwijs en arbeidsmarkt. In geef veel les over over het voorkomen van radicalisering. In oktober komt mijn boek uit, over mijn ervaringen uit die praktijk. Ik heb er lessen uit gehaald voor docenten. Die zouden in mijn ogen veel meer aandacht moeten besteden aan essentiële vragen: wie ben ik, waarom ben ik hier, waar wil ik naartoe?"

"Als je daarover in gesprek gaat, ontstaat er een wij-gevoel. We zijn allemaal Nederlanders. Wij - dat is niet moslims, of Turken, niet Alevieten of Koerden, dat is Nederlanders. Ik wil dat je hier je tent opzet en dat je hem in ieder geval niet afbreekt tot je kinderen groot zijn."

Samira Bouchibti

De 46-jarige Samira Bouchibti is misschien bekender als Samira Abbos, de naam waaronder ze vóór haar politieke loopbaan programma's maakte en boeken schreef. Abbos is de achternaam van haar moeder.

Als politicus kwam Bouchibti in 2006 voor de PvdA in de Tweede Kamer. Ze vertrok in 2010, na de val van Balkenende IV. In 2011 zegde ze haar PvdA-lidmaatschap op. Sinds 2012 is ze lid van de VVD. In 2014 kwam ze namens die partij in de gemeenteraad van Amsterdam. Eerst als duoraadslid, later maakte ze volledig deel uit van de gemeenteraad.

Bouchtibti heeft naast haar politieke werk een adviesbedrijf. Ze is getrouwd en heeft een dochter.

Samira Bouchibti: 'Ga! Hup, uit je cocon, de wijde wereld in'.Beeld judith jockel