Volgens de Venezolaanse regering kwam de jongen om het leven tijdens een demonstratie door honderden jongeren, toen een zelfgemaakte mortiergranaat in zijn handen ontplofte.
Enkele politici uit de oppositie zeggen dat hij werd gedood door de politie. Die lezing wordt ondersteund door videobeelden, die door een ooggetuige zouden zijn gemaakt, Daarop is te zien dat de politie een traangasgranaat afvuurt. Daarna wordt de camera gericht op een jongen die roerloos op straat ligt. Bij de beelden is geen andere explosie te horen dan die van de granaatwerper.
Het Openbaar Ministerie heeft een onderzoek aangekondigd.
Sinds de massademonstraties in Venezuela in april begonnen zijn er ten minste 66 mensen omgekomen en duizenden gewond geraakt, onder wie aanhangers van zowel de regering als de oppositie, toevallige passanten en leden van de veiligheidsdiensten. Demonstranten en de overheid geven elkaar de schuld van het geweld.
Staatsgreep
Volgens critici van de Venezolaanse president Nicolas Maduro heeft zijn bewind de economische crisis waar het land mee kampt vergergerd. Maduro zou optreden als een dictator.
De oppositie eist nieuwe verkiezingen, noodhulp uit het buitenland en de vrijlating van honderden activisten. Ook willen ze dat het nationale parlement meer autonomie krijgt. De oppositie heeft daar een meerderheid van de zetels in handen.
Maduro, die in het vierde jaar van zijn termijn zit, beweert op zijn beurt dat zijn tegenstanders gewelddadige samenzweerders zijn, die aansturen op een staatsgreep.
"Dit is crimineel terrorisme en we moeten het afwijzen", zei hij in een toespraak op een staatstelevisiezender, waarin hij de oppositie vergeleek met Adolf Hitler, Benito Mussolini en de Chileense dictator Augusto Pinochet.
De Venezolaanse president wil in juli de grondwet wijzigen om zijn greep op de macht te behouden. De bevolking moet in een referendum beslissen of die grondwettelijke vergadering er komt.