Ronaldo bracht Real in de twintigste minuut met een laag schot vanaf de rand van het strafschopgebied op 0-1. Hij was eerder trefzeker in de finale van 2008 (voor Manchester United) en van 2014 (voor Real).
Alfredo Di Stefano is de enige speler die in meer finales van het belangrijkste Europese toernooi wist te scoren. De legendarische Argentijn vond in de Europa Cup 1-finales van 1956, 1957, 1958, 1959 en 1960 het doel voor Real. Sinds het seizoen 1992/1993 heet het toernooi de Champions League.
Ronaldo zorgde halverwege de tweede helft ook voor de 1-3 van Real. Daarmee maakte hij zijn zeshonderdste treffer in zijn carrière. Op clubniveau scoorde hij 529 keer en voor Portugal was hij 71 maal trefzeker.
Topscorer
Met zijn twee goals tegen Juventus bracht Ronaldo zijn doelpuntentotaal in dit Champions League-seizoen op twaalf, waarmee hij voor de zesde keer in totaal topscorer werd. Daarmee troeft hij Lionel Messi (vijf keer) af.
De 32-jarige aanvaller is tevens de eerste speler die zich vijf seizoenen op rij tot topscorer in de Champions League kroont. In de voorgaande seizoenen scoorde hij twaalf, zeventien, tien en zestien doelpunten.
Mijlpaal
Het eerste doelpunt van Ronaldo betekende tevens de vijfhonderdste van Real in de Champions League. Daarmee is 'De Koninklijke' de eerste club die deze mijlpaal bereikt.
Dankzij het openingsdoelpunt van Ronaldo scoorde Real voor de 65e keer op rij in een officiële wedstrijd.
De laatste keer dat de Spaanse kampioen niet tot scoren kwam was op 26 april 2016 in de heenwedstrijd van de halve finales in de Champions League tegen Manchester City (0-0).