Direct naar artikelinhoud
reportage

Een kijkje bij de opvang van bootvluchtelingen in nieuwe EU-hotspots in Italië

Het opvangcentrum in Trapani op Sicilië.

Na veel kritiek heeft Italië vier zogenoemde hotspots ingericht voor de eerste opvang van bootvluchtelingen.

Het complex staat aan een doodlopende weg in het rommelige industrieterrein van Trapani. Door de hoge muren en knalgeel geverfde hekken is het onmogelijk om te zien wat er binnen gebeurt. De pers is er niet welkom. Maar in zijn kantoor in de zonnige zandkleurige binnenstad van Trapani verzekert de prefect, die over de hotspot gaat, dat het er 'uiterst beschaafd aan toe gaat'. 

Giuseppe Priolo: "Zodra de bootmigranten in de haven op de kade zijn afgezet, worden ze erheen gebracht. Ze krijgen een medische controle. Dan volgt de registratie. Er zijn douches, er is een speelkamer voor kinderen, een gebedsruimte, er zijn psychologen beschikbaar, mobiele telefoons kunnen er worden opgeladen. En er wordt goed gekookt. Beter dan dit kan Italië niet".

Er zijn douches, er is een speelkamer voor kinderen, een gebedsruimte
Giuseppe Priolo

De hotspot van Trapani is opgezet nadat Italië twee jaar geleden zware kritiek uit Brussel kreeg. De Italianen lieten veel te veel bootmigranten ongeregistreerd Europa in reizen en zetten veel te weinig economische vluchtelingen uit. Daarom moesten er hotspots komen waarin alle migranten worden geïdentificeerd en economische vluchtelingen worden gescheiden van politieke vluchtelingen, zodat ze kunnen worden teruggestuurd.

Tekst loopt door onder afbeelding. 

Migranten in de haven van Italië.

Vingerafdrukken

Rome gehoorzaamde en richtte in zuidelijke havensteden vier hotspots in: een op het eiland Lampedusa, twee in Trapani en Pozzallo op Sicilië en een in Taranto, in de hak van de Italiaanse laars.

Volgens prefect Priolo is één doel nu bereikt: de duizenden bootmigranten die hier aan de lopende band in de haven aan wal gaan, worden nu allemaal keurig geregistreerd. Ze gaan op de foto, hun vingerafdrukken worden genomen en hun persoonsgegevens geregistreerd.

Alles komt in een Europese databank terecht. De Europese Rekenkamer, die de Italiaanse hotspots heeft doorgelicht, schrijft in een recent rapport dat de Italianen hun zaakjes inderdaad goed op orde hebben: minstens 97 procent van de bootmigranten wordt geïdentificeerd. "Hier in Trapani halen we de honderd procent", weet Priolo.

De duizenden bootmigranten die hier in de haven aan wal gaan, worden nu allemaal keurig geregistreerd

Maar volgens Amnesty International gaat dat - letterlijk - niet zonder slag of stoot. De mensenrechtenorganisatie brandde de Italiaanse hotspots eind vorig jaar helemaal af: weigerende migranten worden er geslagen en geschopt. Met name vluchtelingen uit Eritrea verzetten zich tegen registratie in Italië omdat ze dan ook hier asiel aan moeten vragen, terwijl ze door willen naar andere EU-landen.

De politievakbond en minister van binnenlandse zaken reageerden woedend, ontkennend en beledigd. Terwijl hij thee en Siciliaanse amandelkoekjes serveert vertelt de prefect van Trapani gedecideerd dat mishandeling onmogelijk is.

"In de hotspots zijn humanitaire organisaties als het Rode Kruis, UNHCR en IOM aanwezig. Die leggen de migranten uit dat vingerafdrukken en foto's onontbeerlijk zijn voor een asielaanvraag. Er zijn nooit problemen. Van mishandeling zouden er simpelweg te veel getuigen zijn."

Tekst loopt door onder afbeelding. 

Vingerafdrukken

Uitzetten

De registratie gaat volgens de autoriteiten nu op rolletjes, maar het uitzetten van afgewezen asielzoekers is nog steeds problematisch. Dat komt onder andere omdat migranten niet in de hotspots kunnen worden opgesloten. 

Migranten met weinig kans op asiel - bijvoorbeeld die uit Noord-Afrika, Nigeria, Gambia en Ghana - komen dus gewoon in de reguliere opvangcentra terecht en hebben het recht om daar hun procedure te starten. Wanneer asiel wordt afgewezen - in Italië gebeurt dat in zo'n 60 procent van de gevallen - krijgen ze te horen dat ze het land moeten verlaten. Niemand weet of dat ook gebeurt.

Uitzetting is onder andere problematisch omdat migranten niet in de hotspots kunnen worden opgesloten

Een klein deel van de afgewezen asielzoekers wordt in uitzettingscentra opgesloten en dan op het vliegtuig naar huis gezet. De Europese Rekenkamer schrijft dat 'het uitvoeringspercentage van terugkeerbesluiten' onder de 20 procent ligt. Dat komt ook doordat thuislanden niet meewerken met de identificatie of omdat het de Italianen niet lukt om een identiteit vast te stellen.

Minister Marco Minniti van binnenlandse zaken zei vorige maand dat er dit jaar 6.42 migranten zijn uitgezet. In 2016 ging het in totaal om 18.684 migranten - terwijl er dat jaar 181.000 migranten aan land kwamen.

Om het aantal uitzettingen op te krikken wil de minister dat er deze zomer door het hele land nieuwe uitzettingscentra komen, met plek voor 1600 illegalen.

Herplaatsing

In de hotspots worden ook vluchtelingen geselecteerd die in aanmerking komen voor herplaatsing in andere EU-landen. Het gaat om mensen uit Jemen, Eritrea en Syrië. Volgens de woordvoerster van de UNHCR op Sicilië, Medea Savary, loopt dat nog niet lekker. 

"Vaak moeten die vluchtelingen weken wachten in de hotspot. De EU-landen bieden te weinig plekken aan." Maar prefect Priolo is positief: "Het begint eindelijk te lopen. Vanuit Italië zijn er nu al bijna 5500 vluchtelingen herplaatst. We zien ze vertrekken naar Frankrijk, Spanje en vooral Noorwegen."