Dit is een artikel uit het NRC-archief De artikelen in het archief zijn met behulp van geautomatiseerde technieken voorzien van metadata die de inhoud beschrijven. De resultaten van deze technieken zijn niet altijd correct, we werken aan verbetering. Meer informatie.
Bekijk hele krant

NRC Handelsblad

Politie, recht en criminaliteit

‘De overheid doet niets met aangiften bedreigde Turkse Nederlanders’

Turks-Nederlandse gemeenschap Sinds de couppoging worden Turkse Nederlanders vaker geïntimideerd. Volgens Europarlementariër Kati Piri moet Den Haag dat serieuzer nemen.

Turkse vlaggen in Rotterdam.
Turkse vlaggen in Rotterdam. Foto Marten van Dijl/ANP

De overheid moet intimidatie binnen de Turks-Nederlandse gemeenschap harder aanpakken. Dat zegt PvdA-Europarlementariër Kati Piri, tevens Turkije-rapporteur van het parlement. Ze hoort van Turkse Nederlanders die worden bedreigd door aanhangers van president Recep Erdogan – bijvoorbeeld omdat ze Gülen-aanhanger zijn – dat ze zich onvoldoende beschermd voelen. „Ze doen wel aangifte, maar er wordt niets mee gedaan. Ze hebben het idee dat hun aangifte geen prioriteit heeft en vragen zich af: is de Nederlandse rechtsstaat er ook voor mij?”

Na de mislukte couppoging in Turkije, vorig jaar, en in de aanloop naar het Turkse referendum over een nieuwe grondwet (over twee weken) zijn de spanningen in de Turks-Nederlandse gemeenschap toegenomen. „Er is veel angst op een zwarte lijst terecht te komen”, zegt Piri. „Zeker nu blijkt dat in Turkije paspoorten worden ingetrokken.”

Ze hoort van Turkse Nederlanders over doodsbedreigingen op sociale media en intimidatie via Turkse organisaties, waaronder Diyanet, de overheidsdienst belast met godsdienstzaken. Vorig jaar besloten Nederland en Turkije de voorzitter van Diyanet terug te trekken uit Nederland. De maatregel volgde na mediaberichten dat hij informatie over mogelijke Gülenisten in Nederland had verzameld. Hun geestelijk leider, Fethullah Gülen, wordt er door Ankara van verdacht dat hij achter de couppoging zat.

Aangifte

Ahmet Taskan, ondernemer en lid van de Gülenbeweging in Nederland, deed zeven maanden geleden aangifte van doodsbedreiging, nadat hij in het AD had gezegd dat imams in moskeeën spioneren voor Erdogan. „Iemand had mensen in België en Nederland opgeroepen mij te vermoorden op een plek en datum waarvan vaststond dat ik daar mijn gezicht zou laten zien.” Zijn aangifte is nog niet behandeld, maar Taskan onderhoudt wel contact met de politie. „Ik weet dat Erdogan-aanhangers in staat zijn om nare dingen te doen”, zegt hij.

Volgens het OM worden alle aangiftes zorgvuldig behandeld. Een woordvoerder zegt dat Rotterdam in de weken na de couppoging een speciaal team hiervoor oprichtte. Probleem is dat het gros van de bedreigingen via internet wordt geuit en de afzender daardoor moeilijk te achterhalen is. Veel bedreigingen zijn volgens hem moeilijk te bewijzen, of niet strafbaar. Zo is het niet verboden om namen op een lijst te verzamelen van mensen die Erdogan zouden beledigen of Gülen-sympatisant zouden zijn – en die te laten circuleren in de Turkse gemeenschap. Veel mensen die aangifte doen klagen dat zij op zo’n lijst staan.

Ondanks die obstakels gaat het OM in Rotterdam vier personen vervolgen. De woordvoerder wil niet zeggen hoeveel aangiftes zijn ontvangen.

Turkse Nederlanders spreken zich uit over Turkije en de Turkse gemeenschap: ‘Er hoeft weinig te gebeuren of mensen denken: wéér die lange arm van Ankara’

Dat de Turkse gemeenschap zo is gepolariseerd en geïsoleerd, mag de Nederlandse overheid zichzelf aanrekenen, zeggen veel Turkse Nederlanders in gesprekken met deze krant. De overheid heeft zelf toegestaan dat ‘de lange arm’ van Ankara zich zo ver heeft kunnen uitstrekken door decennialang een infrastructuur van moskeeën en stichtingen voor Turkse doelgroepen te subsidiëren. Hiermee heeft de overheid volgens sommigen bijgedragen aan de creatie van een kleine, conservatieve gemeenschap die zich van de Nederlandse samenleving heeft kunnen afzonderen.

Dit weekend demonstreren Turkse Nederlanders: zaterdag in Rotterdam, zondag in Den Haag. Vanaf woensdag kan er op drie plekken gestemd worden over de grondwetswijziging in Turkije: in Rotterdam, Amsterdam en Deventer.

Lees ook: Zwemles: Ankara blijft waakzaam